Wat doe je met een politicus die openlijk klaagt dat er teveel buitenlanders zijn? Die zegt dat Nederland vol is, dat de Islam een achterlijke cultuur is of dat de multiculturele samenleving te ver is doorgeschoten?
Dat is een lastige vraag, tenminste, in een democratie die de vrijheid van meningsuiting koestert. De rechtbank Amsterdam heeft een paar maanden geleden gekozen: zo'n politicus moet je vervolgen. De voorbereidingen voor het proces tegen Geert Wilders zijn in volle gang, maar niet iedereen - ook binnen de rechterlijke macht - is het daarmee eens. Daarbij is het nog maar de vraag of hij veroordeeld gaat worden.
Er zijn meer mogelijkheden. Demonstreren, discussiëren, negeren, of juist er op los slaan... Wat weegt zwaarder, de vrijheid van meningsuiting of het recht om niet gediscrimineerd te worden? Het dilemma is ouder dan Wilders, ouder dan Fortuyn en ouder dan 9/11. In Nederland barstte de ideologische strijd los in 1980, met de oprichting van de Centrumpartij. De partij van Hans Janmaat adverteerde met slogans als 'vol is vol' en ‘eigen volk eerst’. Destijds waren zulke uitspraken ongeëvenaard schokkend. Voor wie nu terugkijkt vallen niet zozeer de uitspraken, maar vooral de reacties op. Hoe de Nederlandse maatschappij zich verzette tegen de ongewenste opmars van extreem rechts. En het daarbij niet altijd even nauw nam met de democratie.
Niet links, niet rechts
Wat is de overeenkomst tussen Zweden en de Kabouterbeweging? Ze liggen allebei aan de basis van de Centrumpartij. Dankzij dr mr Henry Brookman, de oprichter van de partij. Later is het Janmaat die alle ogen naar zich toetrekt, maar het brein achter de partij is een gepromoveerde historicus uit Amsterdam. Brookman is nu een keurige middelbare heer in pak, maar in de jaren zeventig heeft hij lang haar en zit hij midden in de linkse Kabouterbeweging. Als student verkoopt hij bio-dynamisch voedsel en veegt hij de Dam schoon van zwerfafval. Hij maakt zich zorgen over het rapport 'Grenzen aan de Groei' van de Club van Rome en komt op voor het milieu.
Eind jaren zeventig is hij wetenschappelijk medewerker aan de Vrije Universiteit. Voor zijn historisch onderzoek gaat hij een paar maanden naar Zweden, waar al een Centrumpartij bestaat: de Centerpartiet. Niet links, niet rechts, maar een partij voor iedereen: dat idee spreekt Brookman wel aan. Hij vertelt hoe hij op het idee kwam om een eigen Centrumpartij op te richten: 'Ik was in Zweden al die partijen aan het doorlichten op hun ecologisch gehalte. En vanuit die partij, die vergelijking van de partijprogramma’s heel academisch bestuderend, heb ik mijn eigen tien-punten-programma gemaakt.' Met daarin aandacht voor milieu, voor ontwapening, voor het referendum. En als tiende en belangrijkste punt: 'Nederland is geen immigratieland'.
Wat heeft ecologie te maken met buitenlanders? Heel eenvoudig volgens Brookman: vol is vol. 'Nederland kan op basis van de natuurlijke zuivering van het water, dus het verwerken van de vervuiling die men per persoon produceert, hooguit acht miljoen herbergen. Dat kan je opkrikken met filters en met techniek en allerlei tot 12 miljoen. Maar meer dan 12 miljoen, ecologisch plus technologisch gesproken, kunnen we niet aan.' Hij benadrukt dat hij niets tegen buitenlanders heeft ('ik heb altijd hele hartelijke contacten gehad met mensen met Marokkaanse, Turkse achtergrond en Surinamers'). Het gaat hem alleen om de aantallen. Ex-kraker Jack van Lieshout, die diverse keren lijnrecht tegenover de Centrumpartij staat, is niet onder de indruk. 'Daar hebben we een term voor: Ecofascisme'.
Feit is dat het gemiddelde CP-lid zich drukker maakt om allochtonen dan om het milieu. Dat geldt ook voor boegbeeld Janmaat. Brookman geeft toe dat zijn partij al snel op een 'one issue-partij' begint te lijken. Hij herinnert zich een gesprek met Janmaat daarover: 'Hans, is het niet beter dat we dat punt even laten rusten, en laten zien naar buiten toe, dat we geen één-programmapunt-partij zijn?' Janmaat antwoordt daarop:"Henry, allemaal prachtig gezegd van jou, maar als je dit punt nu laat vallen, dan komt er misschien een andere populistische partij, díe gaat ermee vandoor om electoraal te scoren, dus dan geef je dat uit handen. En ten tweede, dan eindigen we als DS’70.' Waarmee hij bedoelt: een uiterst integere partij, maar zonder één zetel.
Jonge Geuzen
'Bent u ook zo bang als uw buren verhuizen? Wie zal ervoor terugkomen? U krijgt het advies verdraagzaam te zijn, maar of u het met die gang van zaken eens bent, dat wordt u helemaal niet gevraagd.' Leerling Sharmini van het Nijmeegse Elshof College ziet haar leraar Nico Konst in 1983 op televisie deze boodschap uitdragen. Hij doet dat in een uitzending voor politieke partijen, voor de Centrumpartij om precies te zijn.
Sharmini: 'In de klas maakte hij ook altijd discriminerende en seksistische grappen. Ik heb dat een tijdje bijgehouden op de achterkant van een schrift. Toen ik hem op tv zag begreep ik het.' Sharmini en een medeleerlinge weigeren verder les te krijgen van hun geschiedenisleraar die als vice-voorzitter van de CP zijn mening niet onder stoelen of banken wenst te houden. Maar de schoolleiding reageert afwijzend op het verzoek. Sharmini: 'Ze zeiden, er zijn ook communistische leraren. We voelden ons niet echt gesteund.'
Konst richt zich in zijn partijwerk vooral op jongeren en is de stuwende kracht achter De Jonge Geuzen, de jongerenafdeling van de Centrumpartij. De Jonge Geuzen ‘zal de Nederlandse jeugd voorgaan in de strijd, voor een menswaardig bestaan van alle Nederlanders en tegen een despotisch anti-Nederlands regime’, aldus de tekst in het eigen orgaan. Zo organiseert Konst zijn eigen kweekschool, buiten de muren van het Elshof College.
Sharmini verlaat na dat jaar de school. 'Ik heb nooit meer wat gehoord, dat heeft me verbaasd. Ik zat in de leerlingenraad. Ze hebben zelf gekozen voor een donkere leerling in de raad. Toen ik van school ging hebben de anderen wel een solidariteitsverklaring in de lerarenkamer opgehangen. Maar daar bleef het bij.'
De kwestie in Nijmegen wordt landelijk nieuws en Sharmini discussieert mee in het bekende programma Tijdverschijnselen over de Centumpartij. Alle publiciteit wordt haar niet in dank afgenomen. Sharmini: “Er werd mij verweten dat het mijn schuld was dat er minder leerlingen op school kwamen vanwege de publiciteit.'
Nico Konst, leraar geschiedenis, mag blijven. Zolang hij zich maar niet met politiek bezig houdt op de school. En dat heeft hij gedaan, tot de dag van vandaag. Het is een kwestie waar meer CP leden mee te maken krijgen. Collega geschiedenisdocent en CP kader lid De Wijer raakt zijn baan in Utrecht wel kwijt. En Hans Janmaat zelf laat zijn contract op twee scholen via de rechter ontbinden en strijkt daarmee en passant 50.000 gulden op. De scholen zijn hem liever kwijt dan rijk en geld speelt daarbij blijkbaar geen rol.
Beroepsverbod? De term die in die jaren in Duitsland gebruikt wordt tegen vooral links-radicale ambtenaren, wordt in ons land niet gebruikt voor de Centrumpartijleden, die op het werk in moeilijkheden kwamen. Douwe Jan Elzinga, hoogleraar staatsrecht, is expert op het gebied van discriminatiewetgeving. ‘Je had toen ook de discussie over het beroepsverbod. De Duitsers hadden daar sterk de neiging toe. In Nederland bestond geen officieel beroepsverbod’. Volgens Elzinga kan lidmaatschap van de CP nooit een reden geweest zijn om een leraar te ontslaan, zeker niet begin jaren tachtig, toen de beroepsbescherming nog een stuk groter was dan nu. Maar hij sluit niet uit dat scholen wel eens geprobeerd hebben redenen erbij te halen om een CP-leraar te ‘lozen’.
Cordon sanitaire
In 1982 heeft Nederland een Europese primeur van twijfelachtige eer: het eerste extreem-rechtse Kamerlid sinds de oorlog. Niemand minder dan Hans Janmaat van de Centrumpartij. Dick Dolman, destijds voorzitter van de Tweede Kamer, herinnert zich de algehele ontzetting. ‘Het was in de nadagen van Nederland gidsland - "Wij zullen laten zien hoe het hoort". Veel Nederlanders, vooral van links, voelden zich beledigd dat juist in ons land zo iemand was verkozen’. Op Janmaats eerste dag in de Tweede Kamer staat er een woedende menigte op het Binnenhof te demonstreren. In de Kamer is het juist ijzig stil als Janmaat naar zijn lege bankje achterin de zaal loopt. De andere politici wenden gegeneerd het hoofd af. Niemand zegt iets tegen hem, op Dolman na, die Janmaat direct afkapt als hij de interruptiemicrofoon wil pakken.
Dolman: 'Hij was de paria van het parlement'. Vanaf die eerste dag is er een 'cordon sanitaire' rond Hans Janmaat en zijn partij. Zo min mogelijk mee praten of over praten, vooral geen podium geven, dan zal het allemaal vanzelf wel over gaan. Dat is de gedachte. Janmaat mag af en toe zijn zegje doen in de Kamer, dat is nu eenmaal niet tegen te houden, maar niemand gaat in op zijn argumenten. Sommige Kamerleden lopen weg of lezen demonstratief de krant als hij spreekt. Dolman: 'De strategie van het negeren was vrij consequent'. Hij vindt dat geen goede zaak, maar geeft toe dat hij zelf ook 'niet vreselijk gezellig' met Janmaat was. Ter verdediging: 'Het was niet interessant wat de man zei. Alleen maar platitudes, en altijd tegen buitenlanders'.
Het cordon sanitaire rond de Centrumpartij begint bij de linkse partijen maar strekt zich al gauw uit tot de hele politiek. En het gaat nog verder dan de politiek: ook in de journalistiek is de strategie van het negeren wijd verbreid. Alle aandacht is teveel, vindt de meerderheid van de journalisten. Liever een relletje minder dan een podium bieden aan de CP. Actualiteitenrubrieken als Televizier of Hier en Nu doen daar actief aan mee. En voor het NOS Journaal is de Centrumpartij vooral een marginale partij en zal dientengevolge ook als zodanig worden behandeld.
Maar er is ook actief verzet. Een radio-uitzending voor politieke partijen wordt door omroepmedewerkers gesaboteerd. In de plaats daarvan wordt een anti-CP spotje uitgezonden. Oud chef binnenland van het NOS Journaal Ad van Liempt: ‘Als Janmaat werd geïnterviewd was het zaak dat zo kritisch mogelijk te doen. Ik herinner me met Prinsjesdag dat collega Henk van Hoorn Janmaat weliswaar een vraag stelde, maar halverwege het antwoord terugschakelde naar de studio. Die is nog tijdenlang de held geweest in het café.’
Bloed aan het plafond
Niet alle tegenstanders van de CP kiezen voor de tactiek van het negeren. Zo zijn er elke keer demonstraties als er weer eens een lid van de Centrumpartij wordt geïnstalleerd als gemeenteraadslid. Meestal ontaarden die demonstraties in vechtpartijen. Wim Vreeswijk herinnert zich de chaos bij zijn installatie als raadslid in Almere, in januari 1984: ‘Het bloed zat aan het plafond. De agenten die baalden, die stemden allemaal PvdA en nu moesten ze juist die lui van de CP beschermen.’
Op die wijze wordt het de partij bijna onmogelijk gemaakt om iets aan de opbouw ervan te doen. Telkens weer worden bijeenkomsten verstoord en gaat men over op geheime sessies waarbij bezoekers een wachtwoord moeten noemen om binnen te komen. Zaalhouders staan ook niet meer te springen om ruimte beschikbaar te stellen, uit angst voor gewelddadige ordeverstoringen. Ook burgemeesters verbieden op hun beurt CP-vergaderingen en wijzen op het openbare orde probleem. Zo ontstaat er een vicieuze cirkel.
Buiten het zicht gebeurt er ook van alles. De vrouw van Vreeswijk, Irene Vreeswijk-Mullaert, word regelmatig op straat uitgescholden als ze staat te folderen. Bedreigingen zijn aan de orde van de dag: ‘We werden standaard bedreigd. Elke nacht belden ze, schelden. We trokken iedere avond de telefoon eruit.’ Politiebescherming is er niet bij, daar heeft niemand het over in de jaren tachtig.
Ook CP-oprichter Brookman wordt regelmatig bedreigd. ‘De straat moest worden afgezet met de ME, omdat we een vergadering bij mij thuis hadden. En toen kreeg je meteen gillende mensen langs je huis. Bekladden, allerlei smerigheden door de brievenbussen gooien en zo. Maar ook wel persoonlijke bedreigingen, zeker.’ Zijn werk bij de VU wordt onmogelijk door de voortdurende bommeldingen.
De Westerling-methode
Verschillende leden van de Centrumpartij, en later de Centrum Democraten, worden vervolgd door justitie. Reden: discriminerende uitspraken en het aanzetten tot haat tegen vreemdelingen. Henry Brookman is nooit aangeklaagd, maar Janmaat wordt diverse keren veroordeeld. Bijvoorbeeld vanwege zijn uitspraak ‘Wij schaffen, zodra wij de mogelijkheid en de macht hebben, de multiculturele samenleving af.’
Zou je daar nu nog om veroordeeld worden? Hoogleraar staatsrecht Elzinga betwijfelt het. De normen en waarden zijn de afgelopen jaren flink opgeschoven, in het voordeel van de vrijheid van meningsuiting. Wat toen niet kon kan nu wel, en andersom. Elzinga: ‘Wat Wilders nu zegt, daar was je toen op vervolgd’. De wet is de wet, maar voor rechters weegt ook de tijdgeest mee. Elzinga: ‘De criteria zijn sterk conjunctuurgevoelig’. Hij vindt dat niet meer dan terecht: ‘De hele maatschappelijke context is heel erg veranderd’.
Bij de processen tegen leden van CP en CD komt het nooit verder dan een geldboete of een voorwaardelijke gevangenisstraf. Toch zijn zulke – vaak jarenlang slepende - processen niet goed voor de partij. Ze kosten geld, tijd en jagen stemmers weg. Bovendien leiden ze tot interne verdeeldheid. CP-kopstuk Wim Vreeswijk wordt één keer gedagvaard, maar nooit veroordeeld. Wel ziet hij het effect van de processen tegen Janmaat en anderen: ‘Het is de Westerling-methode: je schiet er drie kapot en de rest is zonder leiding en slaat elkaar de hersens in’.
De partij wordt dan al langer door de BVD in de gaten gehouden. Middels de inzet van informanten, agenten en infiltranten probeert de geheime dienst een beter beeld te krijgen van de activiteiten van de partij. Volgens oud BVD-er Frits Hoekstra hanteerde de dienst als criteria dat discriminatie en racisme niet huis horen in een democratische rechtstaat: ‘De BVD rapporteerde erover met frisse tegenzin, diep in ons hart vonden we het meer een openbare orde probleem. De CP dreef minder op rechts extremisme maar meer op vreemdelingenhaat zoals de PVV nu. De grens tussen populisme en rechts extremisme is erg rafelig’.
Of het nu komt door de druk van buiten of gewoon door botsende karakters, ruzie is er te over binnen de Centrumpartij. In de herfst van 1984 komt het tot een splitsing. Janmaat wordt uit de partij gegooid maar richt meteen een nieuwe partij op: de Centrum Democraten. Een aantal belangrijke mensen uit de partij volgt hem. Na eindeloos geruzie is er op 29 maart 1986 een geheime bijeenkomst van de twee partijen in Kedichem, op initiatief van Wim Vreeswijk. Doel: verzoening tussen de CP en CD. Maar voor het tot verzoening kan komen breekt de hel los. Want dat geheim houden, dat was niet helemaal gelukt.
Kedichem
'Als ik er aan terugdenk word ik weer helemaal lyrisch. Het was een prachtig gezicht, die hele colonne over de dijk.' Activist Nico was die zaterdagmorgen, 29 maart 1986, al vroeg op pad met zijn groep. Vanuit Amsterdam ging het naar een kraakpand in Utrecht. Daar was het vooral wachten en de tijd doden met bier drinken.
Jack van Lieshout:'Er was een staande bijeenkomst geweest in krakersbolwerk Vrankrijk, dat herinner ik me nog goed. Daar was het plan opgevat om actie te voeren tegen een verzoeningsbijeenkomst van de oude Centrumpartij en de CD van Janmaat. Zo’n fusie zou extreem rechts nog groter maken was onze angst. Die bijeenkomst diende verstoord te worden, maar hoe werd niet duidelijk.: Via informanten binnen de CP werd al snel duidelijk dat het de zaterdag voor Pasen 1986 zou gaan gebeuren.’
Nico: 'We reden met tientallen busjes vanuit Utrecht richting Leerdam. We hadden geen idee waar we heen gingen. We hadden ons wel voorbereid op een harde confrontatie, want er was ons verteld dat zij ook een knokploeg zouden hebben. Er waren er bij die kettingen, staven etc. bij zich hadden. En rookbommen. Maar geen molli’s!'
Doel van de activisten is hotel Cosmopolite in Kedichem, op de dijk aan de Linge. Een rustig oord ver van de boze buitenwereld. Wim Vreeswijk, op dat moment aanwezig in het hotel: ‘We dachten dat we het goed hadden dichtgetimmerd. Maar partijgenoot Bruyn was vanuit zijn woonplaats Amsterdam gevolgd’. Twee agenten komen de slechte tijding melden maar het is al te laat. De hotelhouder die de groep ziet aankomen probeert hen nog op andere gedachten te brengen maar tevergeefs. Al snel sneuvelen de eerste ruiten.
Nico: ‘Er lag een enorme joekel van een rookbom voor mijn voeten. Die was eerst naar binnen gegooid en kwam toen weer naar buiten. Iemand anders raapte die weer op en gooide hem opnieuw naar binnen. Het ging toen heel snel. Eerst was er witte rook, en toen al heel snel zwarte rook. De rookbom was ontvlamd en had de gordijnen in lichterlaaie gezet. Vanwege de tocht door de gebroken ruiten verspreidde het vuur zich razendsnel. Voor alle duidelijkheid: het was geen brandbom of molotov-cocktail.’
Binnen een mum van tijd, niet meer dan tien minuten, voltrekt zich dan het drama. Vreeswijk: 'We zaten ingesloten en raakten in paniek. We gingen toen naar boven, je zag de rook door de naden van de vloer heen komen.' Via het raam klimmen ze met aan elkaar geknoopte lakens aan de achterzijde van het hotel naar buiten. Vreeswijk ziet hoe Wil Schuurman, de latere echtgenote van Janmaat, moeite heeft met het klimmen en tegen een raam aan klapt. Hevig bloedend valt ze op de grond. Later zal in het ziekenhuis haar been moeten worden afgezet.
Nico: ‘Iedereen raakte in paniek, begonnen terug te rennen naar hun busjes, terwijl er nog steeds groepen aan kwamen op de dijk. Het was een chaos van omkerende, botsende busjes. Wij konden ons snel uit de voeten maken.’ Jack: ‘Het was uit de hand gelopen, vooral omdat er geen duidelijk plan was. Maar het doel was bereikt, er was geen samenwerking tot stand gekomen tussen de CP en de CD. Dus spijt? Nee.’
Epiloog - Vrijheid van meningsuiting?
Is het verzet tegen de Centrumpartij effectief geweest? Ja en nee. De CP als partij heeft zeker te lijden gehad onder alle weerstand, en is er misschien wel aan onderdoor gegaan. Maar de gevoelens waaraan de CP uiting gaf, de onderwerpen, de kiezers: die zijn niet verdwenen. Die zijn er nu juist meer dan ooit.
Het feit dat Janmaat systematisch wordt genegeerd, geen podium krijgt voor zijn verhaal en niemand met hem in discussie wil gaan, maakt dat er ook geen ruimte wordt geboden aan de thema’s die hij behandelt. Brookman: ‘Wij werden voor fascist uitgemaakt en er werd steeds weer verwezen naar de oorlog.’ Die handelwijze wordt vooral door de Anne Frank Stichting gebruikt. Die stichting is ook heel actief in de juridische aanpak van de CP.
Met de komst van het Landelijk Bureau Racismebestrijding, in 1985, en de inzet van speciale discriminatie officieren bij het Openbaar Ministerie wordt een duidelijk signaal afgegeven tegen racisme en discriminatie. In 1995 wordt Janmaat veroordeeld wegens discriminatie en het aanzetten tot etnische zuiveringen, op basis van gedane uitspraken in het openbaar en in uitzendingen voor politieke partijen tussen 1989 en 1992. Oud minister Korthals van Justitie kan zich niet herinneren dat er in die tijd gesproken werd over de vrijheid van meningsuiting: ‘Janmaat had de publieke opinie in zijn tijd tegen. Wij waren ervan overtuigd dat we tot dan toe het meest tolerante volk op aarde waren. Alleen hebben we tolerantie en toegeeflijkheid door elkaar gehaald.’
Tekst: Laura van Hasselt en Hasan Evrengün
Regie: Thomas Blom
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: