Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
23 april 2002

Verkiezingsdebatten op televisie

6304380
Bekijk Video
9 min

Het prille begin: de verkiezingen van 1963

Heel voorzichtig, zo begon het, de eerste politieke debatten op de Nederlandse televisie. Aan het begin van de jaren zestig zag Nederland voor het eerst politici die op tv met elkaar in discussie gingen. Het grote voorbeeld was Amerika, waar in 1960 de presidentskandidaten Richard Nixon en John F. Kennedy in een viertal rechtstreeks uitgezonden debatten de degens kruisten. Kennedy, tot dan toe tamelijk onbekend bij het grote publiek, won de verkiezingen met een hele kleine meerderheid. De discussie over de invloed van het televisiedebat op de verkiezingsuitslag was geboren.

Nederland had in 1960 net een nieuw kabinet. Voor de eerste echte verkiezingsdebatten moesten we wachten tot de verkiezingen van 1963. In een reeks van vier televisie-uitzendingen, verspreid over twee weken en drie omroepen, kregen de verschillende politici een kans om elkaar aan de tand te voelen. Vondeling (PvdA) en Toxopeus (VVD) beten de spits af. Op de late avond van 6 april 1963 discussieerden zij onder leiding van Ferry Hoogendijk in een programma van de VPRO.
Tien dagen later debatteerden, onder leiding van de Hilversumse burgemeester Boot, de KVP-kopstukken De Quay en De Kort tegen de PvdA’ers Vondeling en Suurhoff. De discussie werd uitgezonden door de KRO en de VARA. Ferry Hoogendijk was opnieuw de gespreksleider van het politieke debat dat op 18 april 1963 werd uitgezonden, waaraan zeven politieke leiders deelnamen. Weer twee dagen later discussieerde ARP-leider Roolvink met de PvdA’er Suurhoff.

Geen van deze debatten, rechtstreeks uitgezonden, is bewaard gebleven. Er werd in de kranten wel uitgebreid aandacht besteed aan het nieuwe fenomeen. Net als in de Verenigde Staten was het moeilijk te bepalen wat precies de invloed was op de kiezer. Zo concludeerde het Algemeen Handelsblad op 20 juli 1963: "Wij hebben er nog geen idee van, hoe gedachten moeten worden verkocht of overgebracht". Politici hadden in ieder geval de smaak te pakken.

De provinciale verkiezingen van 1966

Ook na die eerste debatten bleef Hoogendijk de belangrijkste discussieleider van die tijd. Op 22 maart 1966, aan de vooravond van de verkiezingen voor de Provinciale Staten, traden de fractievoorzitters van de vijf grootste partijen aan in een speciale uitzending van Avro’s Televisier. 

Dit debat ging de geschiedenis in als ‘het klasje van Hoogendijk’: Nederhorst (PvdA), Schmelzer (KVP), Toxopeus (VVD) Beernink (CHU) en de onverstoorbaar pijprokende Roolvink (ARP) zaten naast elkaar in schoolbankjes.
Hoogendijk legde de contacten met de fractievoorzitters zelf. Voorlichters kwamen er niet aan te pas. “Het waren goede bekenden van mij. Ik was hoofdredacteur van Elsevier, maar ook politiek in Den Haag actief. Ik kende ze allemaal persoonlijk.”
De tegenstellingen in het debat waren klein, en dat viel ook de kiezer op. In zijn boek over partijpropaganda uit 1971 schreef Hoogendijk: "Deze uitzending heeft in het bijzonder de (nieuwkomer) Boerenpartij in de kaart gespeeld. De indruk werd namelijk gevestigd dat de vijf grote politieke partijen eigenlijk 'een pot nat' waren. Hoewel dit qua inhoud van het programma niet juist was, werd die indruk wel gevestigd door de vriendelijke omgangsvormen tussen de vijf politici".

Ed van Thijn nu

De verkiezingen van 1967: een technisch hoogstandje

Bij de landelijke verkiezingen van 1967 ging het allemaal anders. Behalve een aantal 1-op-1-debatten waren er maar liefst twee grote debatten, een van de Avro (opnieuw met Hoogendijk) en een van de NTS. Dat laatste debat was zeker in die tijd een technisch hoogstandje. De leiders van de vier deelnemende partijen zaten op partijbijeenkomsten in Haarlem en Zwolle, de interviewers – een aantal parlementaire journalisten onder leiding van Frits van der Poel – zaten in studio Irene in Bussum. Alle locaties waren met straalzenders met elkaar verbonden, en op alle locaties stonden grote tv-schermen, waarop men de andere deelnemers in het land kon zien en horen. 

Den Uyl (PvdA), Toxopeus (VVD), Biesheuvel (AR), De Jong (KVP) en mevrouw Klompé (ook KVP) maakten er een spectaculair debat van. De jonge PvdA-politicus Ed van Thijn zat vlak bij Den Uyl aan tafel. De felheid van het debat, waar Den Uyl in aanzienlijke mate aan bijdroeg, was volgens Van Thijn vooraf een bewuste keuze geweest. ‘ We hadden hier een hele andere strategie. We waren lijst twee, maar we wilden lijst een worden. De machtsvraag stond centraal: wie moet de grootste partij worden’.
Van Thijn herinnert zich nog hoe de mensen rond Den Uyl hem ervan probeerden te overtuigen dat hij niet steeds met zijn vinger moest zwaaien, dat dat aanmatigend zou overkomen. ‘Het ging drie minuten goed, daarna vergat hij het en kwam het er weer’.
Er keken twee miljoen mensen naar en de waardering was hoog: 7.7. Het politieke debat op televisie werd voorgoed een vast onderdeel van de verkiezingen.

Tekst en research: Gerda Jansen Hendriks en Paul Ruigrok
Reportage: Paul Ruigrok

Beeldmateriaal

De debatten die te zien zijn in de uitzending: 

Avro’s Televisier, 22 maart 1966.
NTS-verkiezingsprogramma, 8 februari 1967.

Geïnterviewden Bronnen
  • Ferry Hoogendijk kreeg het verzoek van de minister Beernink; 'had hij wat drugs in huis?'
    F. Hoogendijk

    Oud-politiek commentator van Elsevier en presentator van politieke debatten. 

  • Ed van Thijn
    E. van Thijn

    Oud-lid van de verkiezingscommissie van de PvdA, in 2002 lid van de Eerste Kamer voor de PvdA.

  • Partijpropaganda in Nederland

    Hoogendijk, F. Partijpropaganda in Nederland. (Amsterdam 1971)

  • Een moderne verkiezingscampagne

    Thijn, Ed van. Een moderne verkiezingscampagne. In: Socialisme en democratie jrg. 23 (1966) 704-714.

  • In de zendtijd voor politieke partijen

    In de zendtijd voor politieke partijen. Reader Stichting Film en Wetenschap (Amsterdam 1993)

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: