Het proces van Neurenberg
Op 1 oktober 1946, nu precies zestig jaar geleden, doet het Tribunaal van Neurenberg uitspraak tegen de nazileiders die daar gedurende een jaar terecht hebben gestaan. Om berechting van de daders mogelijk te maken, hebben de geallieerden in de maanden na de oorlog een internationaal militaire rechtbank opgericht, bekend geworden als het Neurenberg-tribunaal. “De stad Neurenberg was een complete chaos, alles was kapot.” Het proces in Neurenberg is uniek; de geallieerden spreken recht over de verliezer van de Tweede Wereldoorlog. Een belangrijke rol in het proces is weggelegd voor filmopnamen. Deze moeten bewijzen dat het nazi optreden lang is voorbereid en tot doel heeft gehad de heerschappij in Europa te veroveren en een deel van de bevolking uit te roeien.
Tot standkoming rechtbank
"Tijdens de oorlog was het nog helemaal niet duidelijk of er een rechtszaak zou komen. Churchill voelde er het meest voor de Nazi-leiders meteen na de oorlog dood te schieten. De Amerikanen twijfelden. Een rechtszaak zou misschien de ellende van de oorlog alleen maar verlengen," vertelt de Amerikaan Whitney Harris. Hij wordt in 1944 medewerker van de Britse OSS in Londen en krijgt de opdracht bewijzen van Duitse oorlogsmisdaden te verzamelen.
Ondanks de twijfel die bij de Britten en de Amerikanen bestaat, vraagt de Amerikaanse president Franklin Roosevelt in 1944 aan het Oorlog Departement een plan te maken om na de oorlog de oorlogsmisdadigers te kunnen berechten. Vooral de gruwelijkheden, het voeren van een agressieve oorlog en het plegen van oorlogsmisdaden worden in het plan benoemd. Belangrijkste is het voorstel om het Nazi regime als een criminele organisatie te betitelen. Roosevelt kiest ervoor het plan van de Afdeling Oorlog te steunen. Churchill is nog niet overtuigd en vertelt Stalin hoe hij er over denkt. Stalin antwoordt: "In de Sovjetunie executeren wij mensen niet zonder een rechtszaak." Churchill reageert daarop met: "Natuurlijk moeten ze eerst een rechtzaak krijgen." Het liefst willen de Russen een showproces.
Maar uiteindelijk geven in februari 1945 de drie leiders op de conferentie van Jalta een verklaring uit waarin staat dat 'alle oorlogsmisdadigers zo snel mogelijk hun verdiende straf moeten krijgen'.
In april 1945, twee weken na de plotselinge dood van Roosevelt, wordt Robert Jackson, een Amerikaanse rechter bij het Hooggerechtshof, door president Harry Truman gevraagd hoofdaanklager te worden voor het tribunaal namens de Verenigde Staten. Het proces zal spoedig na het eind van de oorlog in Europa moeten worden gehouden. Truman wil een gerespecteerd iemand voor de baan; iemand van onbetwistbare integriteit die ook nog goed in het openbaar kan spreken. Jackson gaat in op het voorstel van de Amerikaanse president en op 2 mei 1945 benoemt Harry Truman formeel de belangrijkste eiser. Maar eiser van wie, en onder welk gezag? Vele vragen blijven onbeantwoord.
Verscheidene Nazi-leiders ontsnappen aan hun straf. Twee dagen vóór de benoeming van Jackson, pleegt Adolf Hitler zelfmoord in een bunker bij Berlijn. Spoedig daarna, neemt Heinrich Himmler een cyanide pil, terwijl hij wordt onderzocht door een Britse arts. Hij sterft binnen enkele minuten. Ook Joseph Goebbels is dood en Martin Bormann wordt vermist.
Toch krijgen de geallieerden vele belangrijke leiders in handen; ze geven zich over of worden gevangen genomen. De plaatsvervanger van Hitler, Rudolph Hess, zit al sinds 1941 vast in Engeland. Hermann Göring heeft zich op 6 mei 1945 aan de Amerikanen overgegeven. Zijn eerste avond in gevangenschap brengt hij zingend en drinkend door met Amerikaanse officieren. Generaal Eisenhower heeft deze Amerikanen daar later een stevige berisping voor gegeven.
Op 26 juni 1945 vliegt Robert Jackson naar Londen om met de andere afgevaardigden van de geallieerden te bespreken wat ze met de gevangen Nazi leiders zullen gaan doen.
Jackson neemt de tijd om de aanwezigen te overtuigen dat er sprake moet zijn van een eerlijke rechtsgang. "Wat wij voorstellen is het handelen te bestraffen dat al sinds de tijd van Cain als crimineel worden beschouwd." Na tien dagen besprekingen begint de vorm duidelijker te worden. Het hof zal de Internationale Militaire Rechtbank heten en van elk land zullen rechters worden ingezet. Belangrijk punt is dat de gedaagden en hun Duitse advocaten zo min mogelijk ruimte moeten krijgen om te voorkomen dat ze het proces gebruiken voor propaganda doeleinden.
Jackson wil dat het proces in Duitsland wordt gehouden maar er zijn maar weinig Duitse steden geschikt voor een dergelijk groot proces. Eén van de weinige steden die nog geschikt lijkt is de stad Neurenberg. Het is de stad waar de Nazi-leiders de beruchte Wetten van Neurenberg hebben afgekondigd. Daar werd besloten de Joden te ontdoen van hun fundamentele rechten en bezittingen. De stad is voor het grootste deel vernietigd maar het Paleis van Justitie is wonderbaarlijk genoeg gespaard gebleven. Bovendien ligt de stad in de Amerikaanse zone, waardoor er meer controle mogelijk is. Ook het beste hotel in stad is volledig in tact en kan worden gebruikt als uitvalsbasis voor de ambtenaren en de pers. Voor de pers zijn tweehonderdveertig plaatsen in de zaal vrijgehouden. De Amerikaanse pers levert honderd vertegenwoordigers, de Britse vijftig, de Franse ruim veertig en de Russen rond de dertig. Voor Duitse journalisten zijn er vijf plaatsen gereserveerd. Suzanne von Paczensky is tweeëntwintig jaar als ze als Duits correspondent verslag mag doen van de rechtszaak voor het door het de Amerikanen ingestelde, Duitse onafhankelijke persbureau DANA. Als kind van een joodse vader kon ze nooit een Nazi zijn. Neurenberg had ze in haar jeugd vaak bezocht. "Ik kende Neurenberg nog uit mijn kinderjaren. Het was een mooie stad; prachtig en oud. Maar er was niets meer van over. Alles lag in puin maar in het midden van de stad stond als een Fata Morgana het gerechtsgebouw."
Aanklacht tegen verdachten
Half augustus 1945 landt een vrachtvliegtuig in Neurenberg met daarin de meeste Nazi leiders. Geallieerde militairen laden de gevangenen in ziekenwagens en brengen ze naar gevangeniscellen van het Paleis van Justitie, waar ze veertien maanden zullen verblijven.
In Neurenberg strijken steeds meer mensen neer. Honderden medewerkers spreken talloze potentiële getuigen ter voorbereiding op het proces. Ook de Duitse advocaten, onder wie een aantal nazi’s, komen aan in Neurenberg om hun cliënten te spreken en het proces voor te bereiden.
Ook Ernest W. Michel wordt gevraagd verslag te doen van het proces voor het persbureau DANA. Als Jood, geboren in Duitsland en overlevende van het concentratiekamp kan hij wat toevoegen aan de feitelijk verslaggeving. Hij is in april 1945 ontsnapt aan de laatste dodenmars en een half jaar later mag hij zich verslaggever noemen. “Ik stond er op dat mijn stukken ondertekend werden met: ‘Ernst Michel, voormalige Auschwitz gevangene 104995’. Ik wilde alle Duitsers laten weten dat verslaggever een overlevende, een jood en een gevangene van een concentratiekamp was.”
Op de openingsdag van het proces nemen de eenentwintig aangeklaagden plaats in de rechtszaal. Om tien uur komen de vier rechters binnen en nemen plaats; het proces is begonnen. Von Paczensky: “Ik vond de verdachten er maar shabby uitzagen. Mannen waar ik jaren lang bang voor was geweest en die altijd machtig op mij waren overgekomen, als een soort boze koningen, zagen er uit als nietszeggende ambtenaren. Ik was verbaasd dat de pracht en praal zo snel verdwenen waren.”
De gedaagden worden aangeklaagd voor het voeren van een agressieve oorlog, misdaden tegen de vrede, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. De belangrijkste van deze aanklachten is die van misdaden tegen de menselijkheid. De hele dag luisteren de gedaagden naar de eisers die een gedetailleerde lijst van de misdaden oplezen waar ze van beschuldigd worden. De gedaagden worden dus niet alleen aangeklaagd voor het systematisch afslachten van miljoenen mensen maar ook voor het plannen en uitvoeren van de oorlog in Europa.
De volgende dag spreekt hoofdaanklager Robert Jackson twee uur lang. Hij betoogt dat wat zich heeft afgespeeld “veroordeeld en bestraft moeten worden omdat het zo berekenend, boosaardig en vernietigend is geweest dat dit niet genegeerd kan worden. Alleen al om herhaling te voorkomen.”
Ziel van de oorlogsmisdadiger
Zichtbaar worden Holocaust
Op 18 december 1945 begint de aanklager met het voorleggen van bewijsmateriaal om de misdadigheid van de Nazi partijleiding, het Kabinet van het Duitse Rijk, SS, Gestapo, BR, SA, en het Duitse Hoge Commando duidelijk te maken. Sommig bewijsmateriaal leidt tot uitroepen en gezucht van de toeschouwers.
Een Britse aanklager, die de misdadigheid van de SS wil duidelijk maken, leest een verklaring voor van de in april 1945 in ongenade geraakte en doodgeschoten Dr. Sigmund Rascher. Hij was professor in de geneeskunde en voerde experimenten uit op gevangenen in het concentratiekamp Dachau. Hij onderzocht bijvoorbeeld hoe Duitse vliegers konden worden gered als ze in het koude water van de Noordzee belandden. Rascher dwong gevangenen zich uit te kleden en wierp ze naakt in tanks met ijskoud water. Er werden steeds brokken ijs toegevoegd en ondertussen duwden de arbeiders herhaaldelijk thermometers in het rectum van buiten bewustzijn geraakte gevangenen om te zien of zij voldoende waren gekoeld. Dan werden de gevangenen uit de tanks gehaald en werd onderzocht welke van vier methodes om te verwarmen het best zou kunnen werken. De onderzoekers lieten de meeste gevangenen in tanks met heet water, warm water, of lauw water vallen. Eén kwart van de groep werd naast naakte vrouwelijke medebewoners gezet. Het snelle verwarmen met heet water bleek het meest effectief te zijn. Rasher verklaart dat de meeste gevangenen die aan deze proef meededen stierven. Von Paczensky: “Dat de Nazi’s moordenaars waren wist ik wel. Maar dat ze op zo’n fabriekmatige, systematische manier werkten, wist ik niet.”
Behalve verhalen van getuigen worden er ook films als bewijsmateriaal opgevoerd. Op 18 februari 1946, laten de Sovjetaanklagers een film zien met de titel: ‘Gefilmde bewijsstukken van de Duitse fascistische bezetter’. De film, die gemaakt is uit in beslag genomen Duits filmmateriaal, laat de wreedheden van de Nazi’s zien. In één scène is een jongen te zien die wordt doodgeschoten omdat hij zijn duif niet aan een SS-er wil afstaan. In een andere scène, worden naakte vrouwen gedwongen in een sloot te gaan liggen en is te zien hoe Duitse militairen die vrouwen lachend doodschieten.
Whitney Harris is tijdens het proces de rechterhand van hoofdaanklager Jackson. “Het was verbazingwekkend hoeveel belastend materiaal we in ons bezit hadden gekregen. De Duitsers hadden nog wel geprobeerd veel materiaal te vernietigen maar dat was goeddeels mislukt.” Met het verzamelde materiaal kan daadwerkelijk worden aangetoond welke misdaden zijn begaan. Harris: “Ik had een document gevonden, gericht aan de motorafdeling van SS in Berlijn en geschreven door het hoofd van een moordcommando. Er werd in deze brief geklaagd over het functioneren van de gasauto. De mensen die in deze auto werden gestopt om te worden vergast hadden te lang te maken met ondraaglijke pijnen.” Harris is geschokt dat hij een schriftelijk bewijs van de holocaust heeft gevonden maar hij besluit zijn gevoelens niet de vrije loop te laten.
De verdediging
Hermann Göring
Op 6 maart 1946 stoppen de aanklagers. Ze hebben drieëndertig getuigen gehoord en honderden bewijsstukken opgevoerd. Niemand kan meer ontkennen dat er misdaden tegen de menselijkheid zijn begaan. De verdediging is nu aan zet.
Hermann Göring vertelt tijdens de zitting hoe de Nazi’s aan de macht zijn gekomen. “Toen wij eenmaal wij aan de macht waren, waren wij vastbesloten deze onder alle omstandigheden te houden.” Göring vermijdt geen vragen, geeft eindeloos lange antwoorden en hij biedt geen verontschuldigingen aan. Hij getuigt dat de concentratiekampen noodzakelijk waren om orde te bewaren: “Het was een kwestie van gevaar verwijderen.” Het leiderschapsprincipe, dat alle macht bij Hitler legde, was “hetzelfde uitgangspunt waarop de Katholieke kerk en de Sovjetregering waren gebaseerd," verklaart Göring.
Ernest Michel krijgt de vraag voorgelegd of hij Göring wil ontmoeten. Göring heeft al zijn verslagen in de krant gelezen en is nieuwsgierig naar de verslaggever. “Ik dacht: ik ben niet alleen een overlevende maar ik ben ook verslaggever. Ik vond het een intrigerende gedachte hem te ontmoeten.” Op een middag, na een zitting gaat Michel naar de cel van Göring, onder in het gerechtsgebouw. “Ik ging de cel in en op dat moment had ik er al spijt van. Ik wist niet wat ik moest doen. Handen schudden? Ik kon het niet. Ik draaide me om en vroeg de bewaker me weer naar buiten te laten. Het was fout van me dat ik op het voorstel was ingegaan. En tot op de dag van vandaag heb ik er spijt van. Toch heb ik geen spijt dat ik ben weggelopen.”
Als op 18 maart 1946 Robert Jackson met zijn lang verwacht kruisverhoor van Göring begint, zit de rechtszaal helemaal vol. Aanvankelijk lukt het Göring ontwijkende en vaak lange antwoorden te geven maar na een paar dagen weet Jackson Göring klem te zetten. Jackson vraagt Göring of hij een reeks besluiten heeft ondertekend waarin stond dat Joden geen eigen ondernemingen meer mochten bezitten en of hij opdracht had gegeven hun goud en juwelen aan de overheid af te staan. Göring zit af en toe te beven maar kan de beschuldigingen slechts beamen. Als Jackson na vier dagen zijn verhoor beëindigt, is de algemene conclusie dat Göring heeft laten zien dat hij een briljante schurk is.
In de vier maanden die volgen, komen de advocaten van de gedaagden met hun bewijsmateriaal. Veel van de aangeklaagden proberen zelf hun inspanningen gedurende de oorlog zoveel mogelijk te vergoelijken. Velen beweren niets van het bestaan van concentratiekampen te hebben geweten. Sommige gedaagden bekennen echter hun fouten en bieden hun verontschuldigingen aan. Hans Frank, Nazi-gouverneur van Polen, antwoordt ‘ja’ als hem wordt gevraagd of hij heeft deelgenomen aan de vernietiging van de Joden. “Mijn geweten staat me niet toe de verantwoordelijkheid op minder belangrijke mensen af te schuiven. Zelfs na duizend jaar zal de schuld van Duitsland niet zijn verdwenen.” Albert Speer, architect en minister van bewapening, is van alle gedaagden het meest bereid schuld te bekennen. “Deze oorlog heeft een onvoorstelbare catastrofe gebracht,” getuigt Speer, “daarom staat het buiten kijf mijn verantwoordelijkheid te nemen.”
Uitspraak en afloop
Op 26 juli 1946 zit de rechtszaal weer vol. Robert Jackson houdt zijn afsluitend pleidooi. Alle gedaagden worden genoemd maar de sterkste bewoordingen heeft Jackson voor Hermann Göring bewaard. Jackson besluit zijn betoog met een passage van Shakespeare:
“De aangeklaagden vragen het tribunaal ze niet schuldig te verklaren voor het maken van plannen, moorden en bedenken van de lange lijst van misdaden en fouten.
‘They stand before the record of this Trial as bloodstained Gloucester stood by the body of his slain king. He begged of the widow, as they beg of you: 'Say I slew them not.' And the Queen replied, 'Then say they were not slain. But dead they are...' Als u zou zeggen dat deze mensen niet schuldig zijn, zou het net zo waar zijn te zeggen dat er geen oorlog is geweest, dat er geen slachtpartijen zijn geweest en geen misdaad is begaan.”
Als laatste mogen de aangeklaagden het woord voeren. Op zaterdag 31 augustus neemt Göring het woord. Hij zegt dat het proces niets meer is dan een uiting van macht van de winnaars van de oorlog; met rechtvaardigheid heeft dit niets te maken. Sommige gedaagden bieden verontschuldigingen aan. Sommigen huilen. Albert Speer waarschuwt de aanwezigen: de vernietigingswapens die nu worden ontwikkeld moeten voor eens en voor altijd worden vernietigd. “Deze rechtzaak moet bijdragen aan het voorkomen van toekomstige oorlogen.”
Op dinsdag 1 oktober komen de eenentwintig aangeklaagden voor de laatste keer naar de rechtszaal om de uitspraak te horen. De Britse rechter Sir Geoffrey Lawrence leest de veroordelingen voor: “Hermann Göring, was de drijvende kracht achter de agressieve oorlog, meteen na Adolf Hitler [..] Hij begeleidde Himmler en Heydrich bij ‘een volledige oplossing van de Joodse vraag bewerkstelligen.’” Voor Göring was geen ontlastend bewijsmateriaal gevonden. Drie van de eenentwintig verdachten (Schact, Von Papen, en Fritzsche) worden niet schuldig bevonden. Toch kunnen de drie mannen niet lang van hun vrijheid genieten. In de perskamer, omringd door journalisten, ontvangen zij van een Duitse politieagent een arrestatie bevel. Zij moesten zich voor een Duitse rechtbank verantwoorden voor zogenaamde schendingen van de Duitse wet. ’s Middag krijgen de veroordeelden hun straf te horen. Elf van hen krijgen de doodstraf. Zeven anderen moeten respectievelijk twintig, vijftien en tien jaar de gevangenis in. Het proces heeft dan 315 dagen geduurd.
Op 15 oktober 1946 zit Göring bij het kleine bureau in zijn gevangeniscel en schrijft: “Ik zou geen bezwaar hebben gehad als ik zou zijn doodgeschoten. Maar ophanging kan ik, omwille van Duitsland, niet toestaan[…]. Ik ervoor gekozen om als de grote Hannibal te sterven.” Göring doet een gesmokkelde cyanidepil in zijn mond en sterft enkele ogenblikken later. Nog geen dag later, op 16 oktober 1946 worden de veroordeelden opgehangen. De ter dood veroordeelden worden vlak na hun executie vervoerd naar een concentratiekamp, alwaar de lichamen in een nog in bedrijf zijnde oven van dit kamp werden verbrand. Hun as wordt verstrooid over de rivier de Isar.
Research en tekst: Yfke Nijland
Samenstelling en regie: Matthijs Cats
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: