Onzin
Winter met ijzige kou
Ver van de veilige stad
Maanden niet weten
Of er wel eten,
klaar voor je staat
Klaar voor je staat
Met deze liedtekst openen Linda de Mol en Angela Groothuizen de VARA tv-actie ‘Help de Russen de winter door’. Het is 15 december 1990 en de voedseldistributie in de Sovjet-Unie laat te wensen over. ‘Het land heeft honger,’ beweert Marcel van Dam, de initiator van de tv-actie. ‘Onzin!' roepen correspondenten en journalisten: er is geen honger.
Hongerwinter
De ontwikkelingen in de Sovjet-Unie na de val van de Muur zijn eind 1990 het gesprek van de dag. Aan de ene kant is er optimisme over het einde van de Koude Oorlog, aan de andere kant is er zorg voor de slechte economische situatie in het land. In een uitzending van Achter het Nieuws (VARA) over de Sovjet-Unie in november 1990, doet de Nederlandse ondernemer Ernst van Eeghen een oproep: Stuur hulp naar Rusland, de mensen daar hebben het nodig!
De oproep vindt weerklank dichtbij huis, namelijk bij VARA-voorzitter Marcel van Dam. Die hoeft niet lang na te denken over wat te doen: een hulpactie op televisie. Alleen op die manier kan Nederland worden wakker geschud om te zien wat er aan de hand is in de Sovjet-Unie: er dreigt een hongerwinter. Daarnaast vindt hij het ook belangrijk om de hervormingen van Gorbatsjov een steuntje in de rug te geven. Van Dam gaat een samenwerking aan met de Stichting ‘Voedselhulp aan Russen’ om de actie gezamenlijk te coördineren.
Hamsterweken
Maar wat is er eigenlijk aan de hand in de Sovjet-Unie? Gorbatsjov, de held van het Westen (hij heeft zelfs dat jaar de Nobelprijs voor de Vrede ontvangen), heeft grote problemen in eigen land. De economie stagneert, de overgang naar een markteconomie kent grote problemen. Zodra de prijzen stijgen gaan de mensen massaal voedsel hamsteren.
Hubert Smeets komt in 1990 als correspondent voor de NRC naar Moskou.“De Russische economie bestond toen eigenlijk uit drie delen. Een officiële voor de mensen met Russisch geld, een onofficiële voor mensen met dollars, dus met veel geld. En een ruileconomie. De problemen bestonden vooral in de officiële economie omdat er een groot distributieprobleem was dat tot hoge prijzen leidde. En daarvan waren vooral de gepensioneerden, armen en zieken de dupe,” herinnert Smeets zich.
We are the world
Nederland geeft in de jaren ’80 gul, als het gaat om televisieacties. Van voedselpakketten voor Polen (de Holland Duck Club) tot miljoenen guldens voor hongerend Afrika (Eén voor Afrika, opbrengst 83 miljoen gulden). Het recept is vaak hetzelfde: naast het noemen van een gironummer voor hulp, komen er op televisie grote shows waarin bekende Nederlanders oproepen tot het geven van geld. Ze verleiden de kijkers met het zingen van een lied.
In 1989 doet commerciële omroep RTL-Veronique een beroep op het kerstgevoel van de Nederlanders met de actie ‘Help de Roemenen’. Rond de donkere dagen zijn de Nederlanders kennelijk bereid diep in de buidel te tasten: deze actie levert 25 miljoen gulden op. Wat dat betreft is de timing van Marcel van Dam voor een nieuwe tv-actie uitstekend. Op 15 december zal er een zes uur durende show van de gezamenlijke omroepen worden uitgezonden.
Zogenaamde deskundigen
Al snel stuit de sympathieke actie van Van Dam op weerstand van Rusland-deskundigen en correspondenten ter plaatse. Hoezo honger? Weet Van Dam eigenlijk wel wat daar aan de hand is? Is het niet een grote propaganda truc van de VARA, die rond de Kerstdagen een gevoelige snaar wil raken bij het Nederlandse publiek?
Ruslanddeskundige Philippe Remarque is een van die criticasters. “Ik schreef een stuk hierover dat werd geplaatst in de Volkskrant. Kort daarna stond er een column van Paul Witteman in de VARA-gids die vond dat de mensen niet moesten luisteren naar al die zogenaamde deskundigen want ’die slapen in dure hotels en spreken niet met de gewone man op straat!’. Dat was heel populistisch!” De kritiek van de deskundigen is dat er geen sprake is van honger. Er is nog voldoende voedsel te krijgen in het land maar het probleem ligt bij de distributie ervan.
Fact finding
CDA-kamerlid Ton de Kok is ook betrokken bij de organisatie van de hulpactie. Vanwege zijn kennis van de Russische taal gaat hij, met een door de Stichting Voedselhulp opgezette delegatie, mee in een ‘fact finding’ missie om de situatie ter plekke te verkennen. Die is vooral bedoeld om vast te stellen wat nodig is en waar. “Het was echt heel kort hoor, een paar dagen maar. Die hongersnood waar Van Eeghen het over had zag ik niet. Dus ik kwam niet met een heel duidelijke boodschap terug en aarzelde over de honger. Maar Van Dam zei: ‘Alles goed en wel maar we gaan door. De loodsen puilen uit van de chocolade en voedingsmiddelen. Die moeten weg!’”
De VARA heeft via spotjes op televisie de actie al aangekondigd en de mensen in het land beginnen al met inzamelen. Om de kritiek weg te nemen komt de fact finding missie ook nog met een andere boodschap. Er blijkt in de Sovjet-Unie vooral behoefte te zijn aan medicijnen. Het meest getroffen zijn bejaarden, zieken en gehandicapten.
De Wolga huilt
“Het was ongelofelijk hard werken, dag en nacht. Er moest zoveel worden geregeld. Welke BN-ers doen er mee? Wie doet de eindredactie? De verbindingen? Je belde je een slag in de rondte. Naar agenten van artiesten van Amsterdam tot Parijs.” Leo Janssen is uitvoerend producent van de tv-actie en dagelijks van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat in de weer. Hij is onder de indruk van de spirit van Marcel van Dam. Janssen: “Hij had het plan in zijn hoofd zitten en zo moest het ook gaan. Hoe dan ook.”
De tv-actie moet een mix worden van show en informatie. In Moskou zit Sonja Barend met een team van verslaggevers die het verhaal van de ‘gewone’ Russen vertellen. In de studio in Veenendaal wordt onder leiding van het presentatie duo Astrid Joosten en Peter Jan Rens gepoogd de Nederlanders enthousiast te maken om zoveel mogelijk geld over te maken. Een keur van artiesten en bekende Nederlanders komt voorbij. Zingend en dansend of in beeld als lid van het belpanel.
Opvallend is de ongebreidelde commercie in de uitzending. De presentatoren laten bedrijven die geld of producten aanbieden (Lupack knakworsten, Douwe Egberts koffie, Blue Band margarine) schaamteloos reclame maken. Leo Janssen: “Ja, dan zaten we toch met samengeknepen billen te kijken. Maar goed, wat kon er gebeuren? We konden moeilijk op zwart gaan.”
Russische Bijlmer
De tv-actie blijkt uiteindelijk een succes. Ruim twee miljoen Nederlanders zitten die 15e december aan de buis gekluisterd. Als tijdens de uitzending bekend wordt dat het Koninklijk Huis ook een donatie heeft gedaan, loopt het opnieuw storm bij het telefoonteam. Al met al komt er 25 miljoen gulden binnen en daarvan stelt de Stichting Voedselhulp ondermeer 100.000 pakketten samen. Daarnaast worden er ook medicijnen gestuurd.
Om de verstrekking van de hulp zo goed mogelijk te regelen gaan er zogenaamde ‘monitors’ mee. Dit zijn vaak Russisch sprekende medewerkers die ter plaatse de dozen uit zullen delen. Via Sint-Petersburg, waar de goederen centraal binnenkomen, gaat het naar Moskou en van daar naar andere delen van het land. Een van hen is Cees Willemsen: “Samen met een aantal Russen gingen we naar Kazan. In totaal waren er 40.000 pakketten voor dat gebied gereserveerd. We moesten 40 pakketten per dag wegbrengen. Als we zes pakketten per dag haalden dan was ik al blij.”
Dat de werkwijze van de Russen verschilt van de Nederlanders wordt al snel duidelijk. “We kwamen bij van die eindeloze Bijlmerflats terecht, daarbij is de Bijlmer bij ons een walhalla bij. Dan waren we een tijdje aan het rijden en dacht ik, ik ben hier toch echt eerder geweest. Toen bleek dat de lijst op alfabetische volgorde werd afgewerkt!”
Shocktherapie
De Europese Gemeenschap gaat in de jaren na 1991 door met het verstrekken van voedselhulp en geld aan Rusland. De economische shocktherapie die dan inmiddels door Gorbatsjov’s opvolger Jeltsin is ingevoerd, werkt wel als shock maar niet als therapie. De beelden van lege schappen in de winkels en boze Russen komen weer onze huiskamer binnen. Om de hulp zo goed mogelijk te organiseren wordt gekeken naar de wijze waarop de Stichting Voedselhulp te werk is gegaan.
Laetitia van der Perk was door Van Eeghen persoonlijk benaderd om voor de Stichting Voedselhulp te komen werken en is nu door de EG benaderd. Van der Perk: “Iedere lidstaat vaardigde iemand af om ze daarbij te adviseren. Ik was dat voor Nederland. Ze waren vooral erg onder de indruk van het feit dat bij alle zendingen een Russisch sprekende monitor was meegegaan. De EU is toen overgaan tot grote bulkladingen voedsel. Zonnebloemolie en bevroren karkassen met vlees bijvoorbeeld. Daar ben ik dus ook bij betrokken geweest en als teken van grote dankbaarheid daarvoor heb ik nog een mooi Russisch diploma gekregen.”
Samenstelling en regie: Piet Hein van der Hoek
Research: Hannah Dogger, Martine Braam, Carolien Brugsma en Hasan Evrengün
Uitzending: di 6 jan 2015, 21.10 uur, NPO2.
Herhaling: za 10 jan 2015, 09.45 uur, NPO2.
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: