Heerlijk duurt het langst
Musicals zijn vandaag de dag enorm populair in Nederland en het lijkt alsof ze altijd deel hebben uitgemaakt van de showbizz. Toch is de musical nog jong in Nederland. Op 1 oktober 1960 gaat My Fair Lady in première in het Luxor Theater in Amsterdam en daarmee begint de musicalgeschiedenis van Nederland. Wim Sonneveld speelt professor Higgins, die de jonge straatmeid Eliza Doolittle (Margriet de Groot) zal omvormen tot een keurige dame. Het wordt een doorslaand succes.
Aanvankelijk zijn het vooral buitenlandse musicals die op het Nederlands toneel gebracht worden. Maar dan gaat Annie M.G. Schmidt zich ermee bemoeien. Schmidt is op dat moment bekend van columns, kinderverhalen en gedichten, maar van het genre musical heeft ze geen kaas gegeten. Ze gaat aan de slag met Harry Bannink en dat levert Heerlijk duurt het langst (1965) op. Er volgen nog vele andere succesvolle producties uit hun samenwerking. Een tijdlang blijft de Nederlandse musical wel wat cabaretesk en toneelmatig.
Musicalboom
In de jaren tachtig zijn het vooral Frank Sanders en Jos Brink die het beeld van de Nederlandse musical bepalen met Maskerade (1979), Amerika Amerika (1981) en Max Havelaar (1987). Eind jaren tachtig begint in Nederland de ware musicalboom, als ter ere van het honderdjarige bestaan van Carré de musical Cats (1987) naar Nederland komt. Deze productie van Andrew Lloyd Webber is een daverend succes op het Londense West End en Broadway in New York. Cats speelt zich af op een vuilnishoop met katten die menselijke trekjes vertonen. Het is de opstap voor een aantal bekende musicalsterren zoals Stanley Burleson, Pia Douwes en Ruth Jacott.
Voor het eerst speelt de vormgeving een nadrukkelijke rol in de marketing, zoals het affiche met de twee gele kattenogen waarin twee dansers te zien zijn, tegen de zwarte achtergrond. De musical wordt een totaalconcept.
De volgende gigantische hit in musicalland is Les Misérables (1991), gebaseerd op de sociale roman van Victor Hugo uit 1862. Nu is het de beurt aan televisieproducent Joop van den Ende zijn musicalambities waar te maken. Na een aantal succesvolle maanden in Carré verhuist de hele zwik naar het door Van den Ende aangekochte Scheveningse Circustheater. Dat is een zogenaamd open-eindtheater waar musicals blijven staan zolang er genoeg publiek komt.
De sprong naar het buitenland
De Nederlandse musical is inmiddels volwassen geworden; het genre is een heuse industrie. Van den Ende wil na het succes van Les Misérables de sprong naar het buitenland wagen. Dat doet hij met Cyrano, de musical, een musicalbewerking van het toneelstuk Cyrano de Bergerac. Op 17 december 1992 gaat Cyrano in première in Nederland. Het is het romantische verhaal van Cyrano de Bergerac die verliefd is op de beeldschone Roxane, maar doordat zijn neus disproportioneel groot is durft hij haar niet te benaderen.
De recensenten zijn laaiend enthousiast: ‘Nederlandse Cyrano, een dijk van een musical’, kopt De Telegraaf. ‘Cyrano met allure geënsceneerd en met verve gebracht’, oordeelt Henk van Gelder in de NRC. Cyrano is een musical van internationale allure.
Van den Ende steekt er zo'n 7,5 miljoen gulden eigen geld in, en zijn vermogende kennissen participeren met een aandeel in het Amerika-avontuur. Op Broadway huurt hij een kantoor, en samen met uitvoerend producent Robin de Levita en de Amerikaanse coproducent Peter Kulok gaat hij aan de slag. In de voorbereidingen loopt het bevlogen team tegen allerlei moeilijkheden aan.
In Amerika hebben de vakbonden veel macht en zitten niet te wachten op de Nederlander Bill van Dijk als hoofdrolspeler. Het lukt maar ternauwernood om een werkvergunning voor hem te krijgen. Van den Ende krijgt een fikse boete als een geluidstechnicus is opgedragen een batterijtje in een microfoon te verwisselen, omdat dat zijn taak niet is. Met vallen en opstaan leert het team van Van den Ende de Amerikaanse mores kennen.
Niet mals
Met spanning wordt uitgekeken naar de dag van de première. Na een groot aantal succesvolle try-outs met staande ovaties is het op 21 november 1993 zo ver. Dan blijkt de Amerikaanse pers minder gecharmeerd van dit product van Nederlandse bodem. De kritieken zijn niet mals. Uitvoerend producent Robin de Levita: "Op Broadway- in tegenstelling tot bijvoorbeeld hier- wordt een musical beoordeeld als art. Niet anders: niet op amusementswaarde of wat dan ook."
Joop van den Ende zegt daarover tegen Andere Tijden: "Tsja, dat is verschrikkelijk. Je leert ermee leven maar het blijft heel moeilijk om slechte recensies te krijgen." Wat ook niet helpt is de ijzige winter die invalt. Al na 175 voorstellingen valt het doek. De productie is dan nog lang niet uit de kosten.
Toch besluit Van den Ende in New York te blijven. Hij sluit een overeenkomst met Dodgers, en coproduceert een aantal successen als Titanic (1995) en Victor, Victoria (1995). Uit de samenwerking vloeit een bedrijf voort dat in Europa en de Verenigde Staten vele musicals ontwikkelt en produceert. Tegenwoordig is er in Nederland een aantal grote en kleinere musicalproducenten die zorgen voor een gevarieerd aanbod.
Regie en samenstelling: Yaèl Koren, Reinier van den Hout
Research en tekst: Hannah Dogger
Uitzending: zo 5 jan 2014, 21.20 uur, Nederland 2.
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: