General Motors
Toen Thomas Midgley op 18 mei 1889 in het nauwelijks tienduizend inwoners tellende plaatsje Beaver Falls in het noordwesten van de VS gelegen Pennsylvania ter wereld kwam, kon niemand nog bevroeden dat de wereld dankzij hem binnen afzienbare tijd een stuk minder leefbaar zou zijn.
In 1911 studeerde hij af aan de Cornell University als civiel ingenieur. De wereld was ongetwijfeld een stuk veiliger geweest als hij dat was gebleven, maar in plaats daarvan ontwikkelde hij een enorme belangstelling voor de industriële toepassingen van scheikunde.
Zo kwam hij in 1921 terecht bij de General Motors Research Company in Dayton. Daar ging hij onderzoek doen naar een mengsel van elementen dat tetraethyllood heet. Na enkele experimenten ontdekte Midgley dat dit mengsel - in de volksmond gewoon ‘lood’ geheten, maar door de fabrikant slim en neutraal "ethyl" genaamd – het trillen van automotoren sterk deed verminderen. Auto-industrie blij, het milieu een stuk minder, zoals al snel zou blijken.
Overal lood
Het was ook toen al bekend dat lood een gevaarlijk goedje was, maar desalniettemin kon het in tal van consumptiegoederen worden aangetroffen. Veel voedsel werd in met loodsoldeer afgedichte blikken verkocht, water werd vaak in met lood beklede tanks bewaard en lood werd zelfs voor tandpastatubes gebruikt. Er waren begin twintigste eeuw nauwelijks producten te vinden die geen lood in het lichaam van de consument brachten. Maar benzine was toch wel de grootste wereldwijde loodvervuiler van allemaal.
Lood is een zogenaamd zenuwgif en kan de hersenen en het centrale zenuwstelsel onherstelbaar beschadigen. Een loodvergiftiging kan blindheid, slapeloosheid, nierfalen, gehoorverlies, kanker en epilepsie veroorzaken. De meest ernstige vorm van loodvergiftiging veroorzaakt bij de mens hallucinaties, gevolgd door coma en spoedig overlijden.
Maar in de jaren twintig viel er vooral veel geld met lood te verdienen, dus richtten drie Amerikaanse bedrijven, General Motors, Du Pont en Standard Oil, in 1923 de Ethyl Gasoline Corporation op. Doel was om zoveel tetraethyl te produceren als de autowereld nodig had. Ze noemden de benzinetoevoeging ‘ethyl’ omdat dat neutraler klonk dan het giftige lood.
“Lood is ongevaarlijk”
Vrijwel onmiddellijk na de start van de onderneming begonnen productiemedewerkers van de Ethyl Gasoline Corporation ziek te worden. Volgens de leiding van het bedrijf kwam dat niet door het lood. Wanneer werknemers in een van de fabrieken vreemde wanen ontwikkelden, dan was daar volgens het bedrijf een heel eenvoudige reden voor. ‘Die mensen zijn waarschijnlijk niet lekker geworden omdat ze te hard hebben gewerkt.’
Ook Midgley speelt het spelletje mee. Om te bewijzen dat lood ‘volstrekt ongevaarlijk’ was giet de Willy Wortel van de benzinemotor tijdens een persdemonstratie het spul over zijn handen en snuift hij het een minuut lang op uit een bekerglas. Stiekem wist Midgley wel beter. Enkele maanden voor de demonstratie was hij behoorlijk ziek geworden van het wondermiddel, en het liefst bleef hij sindsdien zo ver mogelijk bij het spul uit de buurt.
Cfk's
Aangemoedigd door het succes van de gelode benzine, wierp Midgley zich vervolgens op een ander technologisch probleem van die tijd. In de jaren twintig waren koelkasten namelijk riskante apparaten, omdat ze gevaarlijke gassen bevatten die nogal eens wilden weglekken. Een enkele lekkage van een koelkast in een ziekenhuis in Cleveland Ohio had bijvoorbeeld de dood van meer dan honderd mensen tot gevolg.
Midgley wist wat hem te doen stond en hij ging aan de slag. Hij wilde een gas maken dat stabiel en onbrandbaar was en veilig kon worden ingeademd. Zo kwam hij uiteindelijk tot de creatie van chloorfluoridekoolstoffen, cfk’s. Cfk’s gingen in jaren dertig in productie en vonden vele uiteenlopende toepassingen, van airco’s in auto’s tot deodorantsprays.
Het zou nog een halve eeuw duren voordat de wetenschap ontdekte dat dit gas de ozonlaag in de stratosfeer aantast. Een kilo cfk’s kan 70.000 kilo ozon in de atmosfeer afbreken en richt ongeveer tienduizend keer zoveel schade aan als dezelfde hoeveelheid kooldioxide.
Gewurgd door eigen polio-machine
Midgley heeft dit nooit geweten, omdat hij stierf voordat iemand dit ontdekte. Hij overleed op tragische wijze. Nadat hij door polio kreupel was geworden, ontwierp Midgley een apparaat dat hem door middel van een reeks gemotoriseerde katrollen automatisch in bed kon helpen en hem rechtop kon laten zitten. Op 2 november 1944 raakte hij bij het in werking zetten van het apparaat verstrikt in de kabels en werd hij langzaam gewurgd.
Daarmee trad Midgley toe tot nog een exclusief gezelschap: namelijk dat van uitvinders die door hun eigen uitvinding om het leven kwamen..... HIER vindt u er nog een paar.
Bronnen
A Short History of Nearly Everything, Bill Bryson, Londen, 2009.
Thomas Midgley Jr., Chemical and Engineering News.
Thomas Midgley Jr., NNDB.com.
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: