Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
4 juli 2006

D66: regeren is halveren

AT27d66terlouw
Bekijk Video
28 min

De ideale schoonzoon

“Hier is hij, onze lijsttrekker, de winnaar van de verkiezingen, Jan Terlouw!”. De jonge Amsterdamse wethouder Gerrit Jan Wolffensperger zweept de zaal op. Een kolkende zaal D66-aanhangers juicht en joelt. Terlouw wringt zich door de aanwezigen naar voren, naar het podium. Als hij daar naast Wolffensperger staat, roept die laatste voor het oog van de camera’s in zijn oor: “fantàstisch, hè?”. Het is 1981. D66 is als winnaar uit de verkiezingen gekomen en ziet haar Tweede Kamer zetels meer dan verdubbelen van acht naar zeventien. Terlouw spreekt de zaal toe: “Vandaag heeft de kiezer laten zien, dat nieuwe politiek werkt”.

Het is nu moeilijk voor te stellen. Volle, kolkende zalen D66-aanhangers. Een lijsttrekker die bekend staat als ideale schoonzoon. Een stijgend aantal zetels, inspirerende leiders. “We hadden iemand nodig die aansprak bij de mensen en Jan kon dat”, zegt Aad Nuis, die in 1981 in de fractie kwam. Door dat stijgende aantal zetels is het in 1981 al snel duidelijk dat D66 zal gaan regeren. Hans van Mierlo, oprichter van de partij, heeft zich een paar jaar eerder teruggetrokken uit de politiek. Lijsttrekker Jan Terlouw voert nu zelf de onderhandelingen. “Veel van het succes kan Terlouw op naam van zichzelf zetten”, zegt Van Mierlo.

D66 voert in de jaren voor die verkiezingen van ’81 oppositie tegen het centrum-rechtse kabinet Van Agt-Wiegel. “En ons type oppositie, het redelijk alternatief, viel blijkbaar beter dan dat van de PvdA die krachtig verloor”, blikt Terlouw terug. In de onderhandelingen weet Terlouw een ongekend resultaat te bereiken. Zeventien zetels is aanzienlijk, maar tegenover de 48 van het CDA en de 44 van de PvdA vallen ze weg. Toch krijgt D66 bij de formatie drie ministers, drie staatssecretarissen en een programma dat heel dicht bij het D66-verkiezingsprogramma komt.

Dat lijkt fantastisch. D66 kan gaan regeren en haar doelen proberen te bereiken. Maar Van Mierlo heeft aan het eind van de formatie al het gevoel dat er iets niet klopt. Dat het kabinet niet kàn. Heeft Terlouw ooit vertrouwen gehad in het kabinet? “Als ik eerlijk ben”, zegt hij, “nee. Ik had wijzer moeten zijn. We hadden een geweldig onderhandelingsresultaat. En zeg dan maar eens ‘Nee’”.

Het rampenkabinet Van Agt-II

D66 heeft drie ministersposten te vullen. Verkeer en Waterstaat gaat naar Henk Zeevalking. Terlouw doet Economische Zaken. Blijft over Defensie. Binnen de nieuwe, zeventienkoppige fractie gaan spontaan stemmen op voor Hans van Mierlo. Politiek leider Terlouw moet even slikken. Want “het was een beetje of je vader terughaalt in de zaak”, lacht Aad Nuis.

Maar daar ligt niet het probleem. De formatie duurt lang en gaat moeizaam. Tussen CDA-leider Van Agt en PvdA-leider Den Uyl werkt het niet. Daar ligt volgens Terlouw de sleutel waarom het met dat kabinet niet goed is gegaan. “Van Agt had een enorme grief tegen de PvdA over de manier waarop hij was behandeld als minister van Justitie. En Den Uyl had een enorme grief tegen Van Agt omdat die in 1977, nadat de PvdA 10 zetels had gewonnen, toch met de VVD van Wiegel in zee was gegaan”, analyseert hij.

Om de ingegraven stellingen te doorbreken, stelt Terlouw de andere twee voor dat ze zich alle drie terugtrekken en daarmee ruimte geven aan vers bloed. De anderen weigeren. Even wordt overwogen Terlouw premier te maken. Dat zou een regelrechte sensatie zijn: de kleinste regeringspartij levert de premier. Den Uyl opperde het, zegt Terlouw, maar het CDA als grootste partij had daar nooit aangewild. Het gaat dan ook niet door. In plaats daarvan zal D66 vermorzeld worden tussen de twee grote regeringspartijen.

Als het kabinet na 108 dagen formeren in september 1981 geïnstalleerd wordt, struikelt het al snel, wordt het weer gelijmd en gaat het eindelijk aan de slag. Maar het blijft moeizaam gaan. Terlouw zit op Economische Zaken, Den Uyl op Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Daarmee verschaft hij zich, zo lijkt Den Uyl te menen, het recht zich ook in Economische Zaken te mengen. Hij komt in conflict met Terlouw, die het een “ingebouwde weeffout” noemt. “Dat kun je niet accepteren”, zegt hij. Van Mierlo stelt: “Terlouw zat in de schuttersput Economische Zaken en zijn machinegeweren waren gericht op de schuttersput van Sociale Zaken en daar zat de politiek leider van de PvdA”, zo zegt hij. En dan die eindeloze gesprekken van Den Uyl, daar wordt Terlouw ook zo moe van. “Er is wel eens gezegd: ‘Gaan jullie eens lunchen samen’. En toen vroeg ik: ‘waarom gaat het zo moeizaam tussen ons’. Maar we zaten nog niet bij de soep of Den Uyl zat hij alweer op zijn oude lijn van hoe ongelofelijk gelijk hij wel niet had. Het werkte niet”, aldus Terlouw.

Minister van Defensie Van Mierlo komt ook in conflict met Den Uyl. Bij de grote betoging tegen kernwapens in november 1981 is Den Uyl namelijk van plan mee te lopen. Van Mierlo is hier faliekant tegen. “Toen ben ik naar Van Agt gegaan en heb gezegd: ‘Als Joop meeloopt in een demonstratie die gericht is tegen het kabinetsbeleid, dan houd ik ermee op. Absoluut onacceptabel”, aldus Van Mierlo. Den Uyl blijft thuis.

Geregisseerde pershetze?

Het is februari 1982. Plotseling verschijnen negatieve stukken over Jan Terlouw in de kranten. Hij zou niet goed liggen bij zijn ambtenaren, de banenplannen van Joop den Uyl frustreren, een leeghoofd zijn. Vrij Nederland journalist Max van Weezel is één van de schrijvers van die stukken. Van Weezel zegt in de wandelgangen van het Tweede Kamergebouw te zijn benaderd door Arie van der Hek, toen de economisch woordvoerder van de PvdA, die hem tipte: “Weet je wel hoe slecht Terlouw op het ministerie ligt? En hoe vernietigend zijn ambtenaren over hem denken? Ik zou je in contact kunnen brengen met die ambtenaren als je dat wilt”. Van Weezel gaat er op in en ziet tot zijn verbazing op de dag dat zijn stuk verschijnt in andere kranten net zo’n ‘exclusief’ stuk over Terlouw.

Arie van der Hek zegt daarop: “Hoogst waarschijnlijk heb ik daarover wel met Max gesproken en heb ik gezegd: ‘Joh, het is heel interessant wat hier gebeurt. En als jij daarover zou willen schrijven moet je dat zeker doen en dan kun je met die en die praten’. Dat sluit ik helemaal niet uit”, aldus Van der Hek. Jacob Kohnstamm, in 1981 lid van de fractie van D66, herinnert zich dat hij jaren later, tijdens de jaarvergadering van de Verenigde Naties, hij de man spreekt die in 1981 fractievoorzitter is van de PvdA, Wim Meijer. De PvdA zou hebben gevonden dat het te goed ging met D66 en met Terlouw. “Er is een vergadering van PvdA-bigshots geweest die zou hebben besloten: ‘De enige wijze waarop we dit gaan redden is door te pas en te onpas op Terlouw te schieten’”, zo stelt Kohnstamm. Meijer ontkent nu desgevraagd de aantijging. “Er was geen bijeenkomst, er was geen besluit. Deze opmerking wordt op geen enkele manier gestaafd door de feiten”, aldus Meijer. Kohnstamm blijft erbij: “Dan laat zijn geheugen hem toch echt in de steek”.

En met het kabinet gaat het ook al niet lekker. In mei ’82 dienen de PvdA-ministers hun ontslag in na een conflict over bezuinigingen. De PvdA-ministers stappen uit het kabinet en D66 staat voor de keus: met de PvdA mee eruit, of blijven zitten met CDA. De fractie is verdeeld, de ministers zijn verdeeld. Van Mierlo, die altijd al dichter bij de PvdA staat dan Terlouw, wil eigenlijk met de PvdA mee. Hij twijfelt eindeloos en vraagt zich af of hij wel minister van Defensie wil blijven. “En toen heb ik het uiteindelijk toch gedaan uit loyaliteit tegenover Jan”, zegt Van Mierlo nu. Terlouw is de leider, en hij wil doorregeren. Hij vindt dat de PvdA op politieke gronden uit het kabinet is gestapt, om electoraal gewin. Hij realiseert zich dat als D66 blijft zitten, dat stemmen zal kosten. Maar hij kan zichzelf niet in de spiegel kijken als hij op onterechte gronden met de PvdA mee gaat, zo zegt hij. “D66 is blijven zitten, omdat ík dat wilde”, geeft Terlouw toe.

Uiteindelijk blijft D66 en vormt samen met het CDA het kabinet Van Agt-III, een minderheidskabinet dat regeert om de tijd vol te maken tot de vervroegd uitgeschreven verkiezingen. Terlouw is opgelucht dat de PvdA weg is. Tot dan toe ging hij met tegenzin naar de kabinetsvergaderingen, vond regeren vreselijk. “Ik had de slechtste tijd van mijn leven”, zegt hij over de periode met de PvdA. “Ik kan niet zeggen dat ik bedroefd was dat het afgelopen was”, aldus Terlouw.

De kiezer rekent af

De vervroegde verkiezingen zijn in september 1982. Maar de positie van Terlouw als leider is niet meer zo vanzelfsprekend. Aan zijn positie wordt getornd. Op de lijst staat hij als nummer vier. Terlouw is teleurgesteld en van hem hoeft het niet meer. In een brief aan het congres, door de partijvoorzitter voorgelezen, stelt hij zich niet verkiesbaar voor het lijsttrekkerschap. Er komt er een sterke lobby op gang, waarvan ook Van Mierlo deel uitmaakt. “Verkiezingen zijn afrekeningen, het is een blik naar de toekomst, maar ook een verantwoording voor wat je hebt gedaan”, is de mening van Van Mierlo. “Jan was toch de enige die zijn eigen rommel op kon ruimen, dus ik vond het chiquer als hij het zou doen”. Terlouw bedenkt zich nog tijdens datzelfde congres. Hij zal de lijst aanvoeren bij de verkiezingen in 1982. “Met bittere tegenzin”, zegt Terlouw. “Maar vanuit een oude loyaliteit. Uit plichtsbesef”.

Maar de kiezer begrijpt niet waarom D66 in het kabinet is blijven zitten, rekent het de partij hard aan. En Terlouw is aangeschoten wild. Beschadigd door de media, gekrenkt door zijn eigen partijcongres. “Hij was gewond”, zegt Aad Nuis, “En een gewonde soldaat moet je niet naar het front sturen”, stelt het toenmalige fractielid. “Ik denk dat we toen iets van Jan hebben gevraagd, waaraan hij niet kon voldoen”, geeft Van Mierlo toe. Er volgt een afstraffing. D66 keldert van zeventien naar zes zetels.

Voor D66 geldt: regeren is halveren. Van zeventien naar zes zetels. Net als in 1998 als de partij van 24 naar veertien gaat, en wat gebeurt er in 2007? De stelling van Aad Nuis is dat de partij een leider in de Tweede Kamer ontbeert op het moment dat de partij regeert. Dat was in 1981 zo, dat was in 1994 zo. Terlouw had nooit naar Economische Zaken moeten gaan, Van Mierlo ging in 1994 naar Buitenlandse Zaken. Die laatste is het hiermee wel eens. “Ik heb te laat ingezien dat de combinatie van het ministerschap en partijleider eigenlijk niet kan. Dus Terlouw kwam er niet aan toe echt leiding te geven aan de partij, net als ik er ook niet aan toe kwam”, aldus Van Mierlo.

Credits
  • Research en tekst
    Rob Bruins Slot
  • Regie
    Paul Ruigrok
Bronnen
  • Tussen ideaal en illusie. De geschiedenis van D66 1966-2003

    Menno van der Land, Tussen ideaal en illusie. De geschiedenis van D66 1966-2003 (Den Haag 2003)

  • D66 een blijvend appel, 35 jaar werken aan vernieuwing

    Jan Veldhuizen (red.), D66 een blijvend appel, 35 jaar werken aan vernieuwing (Wormer 2001)

  • Op zoek naar Nederland

    Aad Nuis, Op zoek naar Nederland (Amsterdam en Antwerpen 2004)

  • Naar zeventien zetels en terug. Politiek dagboek 9 maart 1981-5 november 1982

    Jan Terlouw, Naar zeventien zetels en terug. Politiek dagboek 9 maart 1981-5 november 1982 (Utrecht en Antwerpen 1983)

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: