Twaalf jaar geleden werd Michael Dukakis in de race om het presidentschap van de Verenigde Staten met grote cijfers verslagen door George Bush sr.
De huidige race lijkt in sommige opzichten op die van 1988. Toen stond de democraat Michael Dukakis in de zomer voor in de peilingen. Nu was het de democraat Al Gore. Dukakis was, net als Al Gore nu, goed in cijfers en zwak in presentatie. De huidige race is weinig verheffend, die van 1988 werd door Jimmy Carter de "smerigste race aller tijden" genoemd.
In zijn werkkamer aan de Northeastern University kijkt Michael Dukakis terug op zijn campagne.
"Als er een les te trekken valt uit de verkiezingscampagne van 1988, dan is het dat je voorbereid moet zijn op aanvallen van de tegenpartij. Je moet er onmiddellijk op reageren en je moet een strategie hebben hoe je dat gaat doen." Michael S. Dukakis, professor in de politieke wetenschappen aan de Northeastern University in Boston, praat als een docent. Met kleine handgebaren zet hij zijn woorden kracht bij. “In 1988 ging ik ervan uit dat mensen geen waarde zouden hechten aan die aanvallen. Het ging immers om het presidentschap. Vandaar dat we niet van plan waren om in de tegenaanval te gaan. 1988 heeft ons geleerd dat dat fout was.”
Van gouverneur tot presidentskandidaat
Het begon allemaal zo voorspoedig. In de jaren tachtig was Dukakis een succesvol gouverneur van de staat Massachusetts. Massachusetts leek een voorbeeld voor heel Amerika. De economie floreerde, er was geen begrotingstekort, de werkloosheid liep terug, de misdaadcijfers daalden. Deze prestatie werd door Dukakis bescheiden de "Massachusetts Miracle" genoemd.
Het idee om mee te doen aan de presidentsverkiezingen kwam niet van Dukakis zelf. Het waren vooraanstaande lieden in de Democratische Partij die hem polsten. Dat was in 1984, vlak na de nederlaag van Walter Mondale tegen Ronald Reagan. Dukakis was vereerd met die aandacht, maar heeft er maanden over moeten nadenken. Waarom zou hij het doen? En eigenlijk is die gedachte, waarom uitgerekend hij de man was voor het presidentschap nooit door Dukakis beantwoord. Toen een schooljongen hem een paar weken voor de verkiezingen van 7 november 1988 vroeg naar de reden om mee te doen, zocht Dukakis naar een antwoord. Hij kwam niet verder dan de mededeling dat het presidentschap van Amerika de belangrijkste positie in de wereld is. Om er na een pauze op te laten volgen: “Mijn familie heeft mij erg gesteund. Zowel mijn vrouw als mijn kinderen vonden dat ik het moest doen. So here I am.”
Ook nu worstelt Dukakis met het antwoord en ook nu komt hij er niet uit. “De verantwoordelijkheden van het presidentschap zijn enorm. Je hebt letterlijk het lot van de wereld in handen. Dus daar moet je over nadenken. Als je dat niet doet, is er iets met je mis. Ik heb daar lang over nagedacht. Het gouverneurschap kon ik heel wel aan, en hoewel dat een goede voorbereiding is op het presidentschap, is het niet voldoende. Bovendien was ik een buitenstaander. Ik wist niet of ik de voorverkiezingen zou winnen. Maar uiteindelijk besloot ik het te doen.”
- Wat was toen uw visie op de Verenigde Staten en wat waren uw plannen?
“Dit is een prachtig land. Het is een land dat het in economisch opzicht over het algemeen goed doet. Maar het is ook het land met de grootste kloof van alle geïndustrialiseerde landen tussen arm en rijk. In 1988 waren er hele gebieden die in grote moeilijkheden verkeerden. De boeren hadden het moeilijk en het middenwesten werd de schroothoop genoemd, omdat de traditionele industrie op instorten stond. En ik ben iemand die vindt dat iedere inwoner op iedere plek van Amerika dezelfde kansen moet hebben op economische vooruitgang. Het gaat om gelijkheid. Dus niet een minimumloon van vijf dollar en vijfentwintig cent per uur. Dus niet een baan zonder ziektekostenverzekering. Dus niet scholen van lage kwaliteit. En het is de taak van de president om daar in samenwerking met het congres en het volk voor te zorgen.”
Aanvang van de verkiezingsstrijd
Ondanks zijn twijfels liepen de voorverkiezingen voor de nominatie van de Democratische Partij voor Dukakis voorspoedig. Hij versloeg met redelijk gemak kandidaten als Garry Hart, Jesse Jackson en Al Gore. En dus kon op de conventie van de Democratische Partij in juli 1988 actrice en familielid Olympia Dukakis met een van ontroering brekende stem Michael Dukakis aankondigen voor zijn speech. Begeleid door de muziek van Neil Diamonds Coming to America liep de zoon van Griekse emigranten naar het spreekgestoelte. Bijna natuurlijk liet hij de muziek en het applaus van de zaal over zich heen komen. Dukakis zwaaide met een arm, stak beide armen in de lucht en eindigde met de duim omhoog. Hij sprak van de Amerikaanse droom en kansen voor iedereen. En hij onthulde in wat bijna een bijzin leek, zijn verkiezings-strategie: “Deze verkiezingen gaan niet over verschillen in ideologie, maar over competentie.”
Competentie, daar zou in de komende maanden op gehamerd worden. In verkiezingstoespraken en in televisiespotjes. Dukakis had immers bewezen competent te zijn. In Massachusetts. Dat was zijn pré. Onder Dukakis zou alles beter worden, samengevat in de slogan: “The best America is yet to come.”
In het democratische kamp heerste bijna een dédain voor de republikeinse tegenkandidaat George Bush. Vice-president Bush had acht jaar lang in de schaduw gestaan van Ronald Reagan. En de periode Reagan was besmet door het Iran-Contra schandaal. (De Amerikaanse regering had in het geheim wapens geleverd aan Iran en met een gedeelte van het geld dat die wapenverkoop had opgeleverd, werden de contra’s in Nicaragua gesteund.) Bush was ook geen goed spreker. Midden in een zin was hij soms de draad kwijt en vond die ook niet meer terug. Bij moeilijke woorden met veel lettergrepen struikelde hij herhaaldelijk. Net als zijn zoon en huidig kandidaat George W. Bush, die onlangs het woord 'subliminal' tot iets onverstaanbaars verhaspelde.
Dukakis was weliswaar minder bekend bij het Amerikaanse publiek dan Bush, hij was ook onbesmet. Hooguit was er het probleem dat zijn vrouw Kitty jarenlang verslaafd was geweest aan pillen. Maar dat had Dukakis zelf bekend gemaakt en erbij gezegd dat mevrouw Dukakis nu geen pillen meer slikte. Een mogelijke affaire was daarmee in de kiem gesmoord.
Republikeins campagneleider Atwater
Het vertrouwen van de democraten in een goede afloop werd ook gevoed door de peilingen. Eind juli 1988 vlak na de Democratische conventie leidde Dukakis met 17 procent. Een welhaast onoverbrugbare kloof. Als Dukakis geen grote fouten zou maken, zou hij op z’n sloffen winnen. Maar de democraten hielden geen rekening met de man achter Bush: Lee Atwater. Atwater was de campagneleider van de republikeinen en had al in het begin van dat jaar besloten in het verleden van Dukakis te gaan wroeten.
Na enig gezoek kwam hij met een lijstje:
-Hoge belastingen, hoge overheidsuitgaven.
-Tegen hogere defensieuitgaven.
-In Massachusetts was een voor moord veroordeelde gevangene, Willie Horton, een aantal keren met verlof gestuurd. Tijdens zijn laatste verlof, was Horton gevlucht en had hij een man met een mes verwond en zijn vrouw verkracht.
-Lid van de American Civil Liberties Union. Deze organisatie was o.a. tegen de filmkeuring.
-Tegen een wet die het iedere morgen op scholen uitspreken van de “pledge of allegiance” verplicht stelde.
Toen kwam de volgende stap. Atwater liet de lijst uittesten op een groep van zwevende kiezers. En het wonder geschiedde. Na afloop zweefde het groepje kiezers niet meer, het had gekozen voor Bush. Bush zelf twijfelde overigens toen Atwater hem dit resultaat vertelde. Toen liet Atwater de videoband zien met het groepje kiezers en toen stemde ook Bush in met de door Atwater uitgestippelde strategie. Dukakis moest worden aangevallen. Dukakis was een ‘liberal’ van het zuiverste water, iemand die misschien niet links deed, maar dat wel degelijk was. En bovendien iemand die veel te lief was voor moordenaars en andere misdadigers.
De zaak Willie Horton
In de zomer van 1988 kwam de Bushcampagne met het eerste Willie Horton spotje. De spot eindigt met "Dukakis on crime. America cannot afford that risk." En hoewel de spot niet door de Bushcampagne gemaakt was, maar door een politiek actiecomité, was het Bushkamp er zeer gelukkig mee. Lee Atwater zou in die dagen hebben gezegd: “We zullen ervoor zorgen dat de mensen denken dat Willie Horton de vice-presidentskandidaat van Dukakis is.” In het spotje zat een gevangenisfoto van de zwarte Horton die voor de gelegenheid extra zwart was gemaakt.
En wat deed Dukakis? Niets. Althans bijna niets. In toespraken noemde hij het verhaal over Horton “onzin” en ging door met het hameren op zijn grote verdiensten voor Massachusetts en dat hij zijn kwaliteiten voor heel Amerika wilde inzetten. Nu zegt Dukakis dat hij leergeld heeft betaald. “Wat we hadden moeten doen, is de zaak omdraaien. De lastercampagne van Bush hadden wij moeten aanpakken om het karakter van zijn campagne en het karakter van Bush zelf te laten zien. En dat hebben we niet gedaan. En tegen de tijd dat we wakker werden, hadden we al veel schade geleden. Daarvan zijn we nooit meer hersteld. Het was mijn beslissing niet op de laster te reageren. Het klopt dat Horton tijdens een verlof een man heeft mishandeld en zijn vrouw heeft verkracht. Maar het is ook feit dat bij de federale gevangenissen onder regering Reagan-Bush het meest liberale verlofprogramma bestond. En daar duurde een verlof geen 72-uur, maar soms 45 dagen. Een van die verlofgangers heeft toen een jonge zwangere vrouw vermoord. En Reagan zelf had in Californië, toen hij daar gouverneur was, een zeer vrij verlofsysteem. Toen zijn twee mensen vermoord en Reagan bleef het verlofprogramma steunen.”
Iets later kwamen de republikeinen met nog grover geschut. Er verscheen een spotje met een man die recht de camera in keek. Het is Cliff Barnes, de man die door Horton was aangevallen en wiens vouw was verkracht. Barnes zegt: "Willie Horton en Mike Dukakis hebben mijn leven voor altijd veranderd.Horton brak in in ons huis. Twaalf uur lang werd ik geslagen en geterriseerd. Mijn vrouw Angie werd op beestachtige wijze verkracht. Toen zijn liberal experiment faalde, keek Dukakis de ander kant uit.Dit heeft niks met de verkiezingen te maken, maar ik vraag me af of de mensen wel genoeg van Mike Dukakis afweten."
- Wist u toentertijd dat de Bushcampagne met allerlei aanvallen zou komen?
“Dat wisten we. Al in mei hadden we gehoord wat Lee Atwater van plan was. Maar we hadden ons er niet op voorbereid. Clinton heeft die fout in 1992 niet gemaakt. Die had een speciale eenheid hiervoor geformeerd, ook wel de Defense Department genoemd. Die deden niets anders dan de hele tijd de campagne van George Bush volgen. Die campagne van Bush was net zo hard als die tegen mij. Maar de mensen zagen dat niet, omdat Clinton de aanvallen veel beter opving. Ik had indertijd meteen moeten laten zien dat Bush een hypocriet was.”
Dukakis een liberaal?
Pas weken later kwam Dukakis met een tegenspotje op de televisie. Daarin zat het verhaal van het verlofprogramma van de Reagan-Bush regering. Maar toen was het te laat.
Net zo ging het met de aantijging dat Dukakis een echte liberal was. Dat woord dook voortdurend op in de Bush-campagne: in de debatten, in spotjes, in speeches. Dukakis gaf nooit een duidelijk antwoord. Hij draaide er voortdurend omheen. Tijdens het tweede debat zei Bush dat Dukakis er zelf mee begonnen was zich een liberal te noemen. En Dukakis reageerde met: “Het gaat niet om etiketten, het gaat om de visie. En wij hebben twee totaal verschillende visies op de toekomst van Amerika.”
En nu gevraagd naar het waarom van zo’n ontwijkend antwoord, zegt Dukakis: “Kijk dit is een standaard verwijt van de Republikeinen. George W. Bush gebruikt het nu tegen Al Gore, Nixon zei het al tegen John Kennedy. Ik heb ook herhaaldelijk gezegd wat Kennedy tegen Nixon zei: Als met liberal wordt bedoeld iemand die zeer toegefelijk is, die denkt dat ieder probleem met geld is op te lossen, dan ben ik geen liberal. Maar als met liberal bedoeld wordt iemand die werkelijk gelooft in gelijke kansen voor iedereen, in goede gezondheidszorg voor iedereen, in goed onderwijs en in een schoon milieu, dan ben ik een liberal. Dat is een bijna letterlijk citaat van Kennedy en dat heb ik ontelbaar vaak gezegd.”
- Dat heb ik u tijdens het debat en op al het andere archiefmateriaal uit 1988 nooit horen zeggen.
“Ik heb het vaak gezegd. Misschien niet tijdens de debatten. Maar ik heb ook gezegd dat ik in sommige opzichten conservatief ben. Bijvoorbeeld op financieel-economisch terrein.”
Verkiezingsuitslag
De strategie van de Bush campagne heeft gewerkt. De strategie van Dukakis – we moeten niet reageren, want anders bepalen zij de agenda – verkeerde snel in zijn tegendeel. Bush bepaalde juist wel de agenda en iedereen wist wie Willie Horton was. Tot vlak voor de verkiezingen bleef Dukakis geloven in de kracht van zijn plannen en bleef hij weigeren Bush voor rotte vis uit te maken. Daar kwam nog bij dat Dukakis moeite had met het medium televisie. “Soms vind je iemand die een van God gegeven talent heeft voor televisie. Reagan was zo iemand. En Clinton ook. Ik ben op mijn best voor een kleine groep. Dan voel ik mij op mijn gemak. Net als Al Gore. Iedereen denkt dat het een stijve hark is. Dat is hij niet. Ik had een keer een gezelschap van 35 mensen bij mij thuis en Gore was charmant, geestig en praatte met iedereen.”
Dukakis kreeg 46 procent van de stemmen en Bush 54 procent. De volgende dag om acht uur was hij weer gewoon gouverneur en nam hij de post door op zijn kantoor. Maar Dukakis heeft geen spijt van zijn poging om president te worden. “Het is een onvergetelijke ervaring. En het heeft me de kans gegeven me uit te spreken en gehoord te worden. Dat is een plus. Wat geen plus is, is dat ik George Bush de kans heb gegeven vier jaar lang het land te besturen. Dat is een zonde. Dat betreur ik zeer. Ik heb een zonde begaan.”
Tekst & reportage: Godfried van Run
Research: Godfried van Run, Rob Bruins Slot
Beeldmateriaal
In de reportage zijn beelden gebruikt van:
-Journaal, NOS, 1988
-Panoramiek, NOS, 1988 van de Democratische Conventie
-Political Communication Center, University of Oklahoma, 1988 van 'Bush Revolving Door Ad'
-National Archives, Washington (van Commission on Presidential Debates), 1988 van 'Presidential Debates, no 2, 13-10-88'
-Nightline, ABC, 1988
-NBC News Archives,1988 van 'John F. Kennedy speech at New York Liberal Party, 1960'
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: