Nederlandse landverhuizers beginnen in hun nieuwe land met vrijwel niks. Als pioniers in een totaal lege Canadese vlakte, als ‘slaven’ van grootgrondbezitters in Argentinië of als fabrieksarbeiders in Amerika proberen ze de eindjes aan elkaar te knopen. Ze vinden voornamelijk troost bij elkaar, in de kerk. Alleen Hendrik Meijer zoekt z’n eigen weg.