Nathan Gutwirth
Ergens in najaar 1971 rinkelt de telefoon in huize Zwartendijk in Rotterdam. De intussen gepensioneerde Philips-directeur heeft in 1940 als Nederlandse consul in Litouwen half-illegale visa voor Curaçao uitgeschreven, bestemd voor Joden die op de vlucht waren voor de oprukkende nazi’s (lees deel 1 en deel 2 van dit drieluik). Als Zwartendijk in 1971de telefoon opneemt, hoort hij de stem van Nathan Gutwirth vanuit Antwerpen. Gutwirth kon dankzij het visum van Zwartendijk en zijn Japanse collega Sugihara ontsnappen uit Litouwen.
Het telefoontje van Gutwirth is het eerste contact dat Zwartendijk sinds die zomer van 1940 heeft met een overlevende met een mede door hem uitgeschreven visum. Wat beiden precies aan de telefoon hebben besproken, valt niet te achterhalen. De in 2014 overleden oudste zoon van Zwartendijk, die net als zijn vader ook Jan heette, vermeldt het telefoontje in zijn verslag uit 2008 over de reddingsactie van zijn vader. En hij vermeldt erbij dat Gutwirth de eerste en enige overlevende zou zijn met wie zijn vader na 1940 ooit contact heeft gehad.
Of Nathan Gutwirth en Jan Zwartendijk elkaar ook in levende lijve hebben ontmoet, is onduidelijk. Zoon Rob Zwartendijk weet vrijwel zeker van niet. Hijzelf heeft Nathan nog wel ontmoet in Antwerpen, ergens in de jaren ’90. Maar Faygie Wasyng-Gutwirth, de dochter van Nathan, denkt dat Jan Zwartendijk en haar vader elkaar wel degelijk hebben ontmoet, in Nederland.
Ik ontmoet Faygie Wasyng-Gutwirth bij haar thuis in de Stationsbuurt in Antwerpen, een buurt waar veel orthodoxe Joden wonen. Voor haar op tafel ligt een grote map vol brieven en documenten van haar vader. Het paspoort met het Zwartendijk-visum zit er helaas niet bij. Wel vind ik een brief van Gutwirth uit 1976, waarin hij aan een vriend schrijft dat het hem veel moeite heeft gekost om het adres van Zwartendijk te achterhalen, maar dat dat een paar jaar daarvoor toch gelukt is.
Antwerpen
Ongetwijfeld is Jan Zwartendijk blij geweest om Gutwirth aan de telefoon te horen. Want hoewel hij weinig aan zijn kinderen zou vertellen over zijn reddingsactie in 1940, wilde hij altijd wel graag weten hoeveel mensen veilig de reis door Rusland richting Japan en verder gemaakt hadden. En hoeveel mensen dankzij het visum de oorlog hebben overleefd.
Nathan Gutwirth, in 2000 overleden, was een bijzondere overlevende. Want zonder hem zou de grootscheepse Joodse uittocht door de list van Zwartendijk nooit op zo grote schaal hebben plaatsgevonden. Gutwirth, die een Nederlands paspoort had, vroeg Zwartendijk in juni 1940 om een visum voor Curaçao om zo weg te kunnen komen. Voor Joodse vrienden vroeg hij hetzelfde.
De dochter van Nathan Gutwirth, Faygie, vertelt over haar vader, terwijl ze een portret van hem toont: “De ouders van mijn vader waren uit Polen naar België gekomen. Nathan zelf is geboren in Antwerpen in 1916, midden in de Wereldoorlog. Hij verhuisde met zijn ouders al op jonge leeftijd naar Scheveningen, waar hij zijn jeugd doorbracht. Mijn vader werd toen Nederlander. Toen mijn vader 19 jaar oud was, wilde hij met een Joodse vriend uit Scheveningen gaan studeren in Telsche (nu: Telšiai, GS), een stad in noordwest-Litouwen waar een beroemde jesjiva was, een Talmoedschool. Hij voelde dat hij daar zijn blik kon verruimen”.
Zo gezegd, zo gedaan. In 1935 verkast Nathan Gutwirth naar Litouwen en ontmoet daar begin 1939 Jan Zwartendijk, die daar dan nog alleen directeur is van een Philips-vestiging. Zwartendijk heeft soms Nederlandse kranten die Nathan graag komt lezen. Zo krijgen de twee regelmatig contact, al vóór de Duitse inval in Polen. Nathan vertelt Zwartendijk alles wat hij dan weet over de bedreigingen voor de Joden in Europa door de opkomst van het nazisme in Duitsland.
Nathan Gutwirth heeft intussen een Litouws-Joodse vrouw ontmoet. Samen willen ze Litouwen ontvluchten om elders te kunnen trouwen. Na de bezetting in mei 1940 van Nederland door de nazi’s, krijgt ambassadeur L.P.J. de Decker in Riga van de regering in ballingschap in Londen de opdracht om de onder hem vallende Nederlandse consul in Litouwen te ontslaan vanwege nazi-sympathieën. Als één der weinige Nederlanders die destijds nog in Litouwen verblijven, wordt Zwartendijk gevraagd als honorair consul zijn taken over te nemen. Bovendien krijgt Zwartendijk van De Decker te horen dat hij visa voor Curaçao kan afgeven. Curaçao behoort immers tot het Koninkrijk der Nederlanden. Doordat de Japanse consul Sugihara bereid is om een door Rusland verlangde doorreisvisum voor Japan te leveren, ontstaat er opeens een unieke vluchtroute voor de talloze naar Litouwen gevluchte, veelal Poolse Joden. Dat er op het visum een noodzakelijke goedkeuring van de Nederlandse gouverneur van de Antillen ontbreekt, maakt de Russische douaniers niet uit: de visumhouders reizen toch door naar Japan.
Kobe
Zo reizen Nathan Gutwirth en zijn verloofde in juli als allereerste “Curaçao-vluchtelingen” met de Trans-Siberië Express door de Sovjet Unie naar Japan. Faygie Wasyng-Gutwirth vertelt daarover: “Ze kwamen via Vladivostok met de boot aan in de Japanse stad Kobe waar ze een paar maanden bleven. Toen konden ze doorreizen naar Nederlands-Indie. Mijn vader wilde daarheen, omdat hij Nederlander was en daar wellicht veilig zou zijn. Hij kreeg er werk als bibliotheekmedewerker in Batavia. Maar begin 1942 bezette Japan Nederlands-Indië. Mijn ouders werden opgepakt door de Japanners en geïnterneerd. Ruim drie jaar zaten ze in kampen, afzonderlijk van elkaar, tot aan de Japanse capitulatie op 15 augustus 1945. Mijn ouders trouwden na hun vrijlating vrijwel meteen. Ik werd geboren in Batavia, in augustus 1946”.
De familie Gutwirth reist per boot naar Nederland, maar Nathan houdt het er niet lang uit. Zijn moeder en vier van zijn zussen zijn vermoord in de concentratiekampen. De familie verhuist al snel naar New York, waar ze tien jaar blijven. Maar in 1957 keren ze terug naar de stad die Nathan’s ouders in 1916 waren ontvlucht: Antwerpen.
Faygie: “De eerste jaren vertelde mijn vader heel weinig over zijn vlucht uit Litouwen en over de visa van Zwartendijk en Sugihara. Wel schreef hij veel brieven. Pas in 1980, na de dood van mijn moeder, begon hij te vertellen. Toen was het voor hem makkelijker om erover te spreken. Wel vroeg hij zich af of hij niet meer had kunnen doen om andere Joden te redden, en te overtuigen ook weg te gaan met zo’n visum. Want nogal wat Poolse Joden durfden niet verder te vluchten en bleven in Litouwen. De meesten van hen zouden later omkomen”.
Al eerder krijg ik een doorslag van een brief van Nathan Gutwirth in handen, die is gericht aan dr. Loe de Jong, toenmalig directeur van het RIOD, het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie. Hieruit blijkt dat De Jong al eerder Gutwirth heeft geschreven, maar die brief is niet meer te vinden. Nathan Gutwirth gaf in de brief in 1976 achtergronden over de Curaçao-visa van Zwartendijk en schreef erbij dat hij ook graag een onderhoud met De Jong zou hebben. Dat onderhoud heeft vrijwel zeker nooit plaatsgevonden. In de map zitten veel andere brieven die Nathan Gutwirth schreef. Daaruit blijkt dat hij zich inzette voor erkenning voor Zwartendijk’s moedige gedrag.
Eerbetoon
De Japanse consul Sugihara kreeg wel al eerder de erkenning die voor Zwartendijk zo lang uitbleef. Al in 1984 werd hij geëerd als “Rechtvaardige onder de Volkeren” door het Israelische instituut Yad Vashem, terwijl Zwartendijk die erkenning vooralsnog werd onthouden. Nathan Gutwirth maakt zich in verschillende brieven daarover kwaad. Hij schrijft aan een vriend: “Ik heb Yad Vashem verschillende malen geschreven en ook de Israelische ambassadeur in Den Haag. Zwartendijk moet eer krijgen voor het te laat is. Maar ik krijg geen antwoord”. Opvallend is dat hij ook schrijft dat de heer N.A.J. de Voogd, destijds de Nederlandse consul in het Japanse Kobe, eer krijgt voor zijn inzet.
Deze onbekende De Voogd staat nog meer in de schaduw dan Zwartendijk, zo blijkt. En dat brengt een ander verhaal boven water: het moedige gedrag van Nathan Gutwirth zelf, in Japan. Een onbekend en zeer verrassend verhaal, dat niet eerder is verteld. Dochter Faygie in Antwerpen vertelt: “Mijn vader vertelde me dat hij in Kobe vaak meteen naar de haven ging als weer een groep Joden uit Vladivostok aan was gekomen. De laatste boot met Joodse vluchtlingen met visa van Zwartendijk en Sugihara kwam waarschijnlijk ergens eind 1940 vanuit Vladivostok aan in Kobe. Maar in tegenstelling tot de eerdere boten met vluchtelingen werden deze vluchtelingen niet toegelaten door de autoriteiten in Japan. De boot kwam aan op een zaterdag, de sabbat, een dag waarop Joden eigenlijk niet mogen reizen. Maar toen mijn vader hoorde dat de boot werd tegengehouden, kwam hij toch in actie. Als je mensen kunt redden, mag je dat doen, ook op sabbat, zei hij. Mijn vader hoorde dat Japan de boot wilde terugsturen naar Vladivostok. En hij wist zeker dat bij terugkeer de mensen naar Siberië gestuurd zouden worden. Hij trommelde de Nederlandse consul De Voogd op. Samen gingen zij naar de haven van Kobe om te pleiten voor toegang van deze groep vluchtelingen. Dat lukte. Ze werden toch toegelaten. Daarover was mijn vader heel tevreden”.
Zo lijkt de moed van Zwartendijk ook te hebben geleid tot moed bij zijn collega-consul in Kobe, De Voogd. En ook een overlevende, Nathan Gutwirth, blijkt een reddende engel.
Yad Vashem
Zwartendijk krijgt vele jaren later, postuum, in 1997 dan toch erkenning van het Israelische herdenkingsinstituut Yad Vashem: hij wordt ook “Rechtvaardige onder de Volkeren”. In Nederland onthult toenmalig burgemeester van Rotterdam Bram Peper op 4 november 1997 een monument voor Zwartendijk.
De Nederlandse ambassade in Litouwen heeft het initiatief genomen tot een monument in Litouwen ter nagedachtenis van de daden van Zwartendijk. De voorziene datum voor onthulling is medio 2017. De Nederlandse ambassadeur Bert van der Lingen laat verder weten dat er gesprekken gaande zijn om een straat in Vilnius of Kaunas naar Jan Zwartendijk vernoemd te krijgen. Voor Nederland bestaan nog geen plannen voor een Jan Zwartendijkstraat.
Dankzij de reddingsactie van Jan Zwartendijk hebben 2345 Joden Litouwen kunnen ontvluchten. Ruim 90 procent van de Joden in Litouwen is echter in de oorlogsjaren vermoord door de nazi's.
Vragen?
Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?
Neem dan contact op met de redactie: